VRAGEN ROND HET HUWELIJK
Vraag: Een bekende uitspraak is: „Huwelijken worden in de hemel gesloten." Is deze uitspraak een tekst uit de Bijbel?
Hoe kun je de „slechte" huwelijken verklaren? Als je om een levensgezel(lin) bidt aan de Heere, hoe kun je dan weten of je met de „juiste" trouwt?
Antwoord: De bekende uitspraak „Huwelijken worden in de hemel gesleten" is geen tekst uit de Bijbel. Wat in die uitspraak tot uitdrukking komt, wordt op veel plaatsen in Gods Woord benadrukt: er geschiedt niets bij geval, maar alles voltrekt zich volgens Gods plan en toelating. Er zijn veel voorbeelden te noemen, waaruit Gods beleid ten opzichte van het huwelijk openbaar komt. Denk aan Rebekka die door Gods voorzienigheid aan Izak als vrouw wercl toegewezen; Ruth wordt de vrouw van Boaz door wonderlijke wegen. Het huwelijksformulier spreekt dan ook van „dat Hij nog heden ten dage aan een iegelijk zijn huisvrouw als met Zijn hand toebrengt." Het is dan ook begrijpelijk, dat men tot de uitspraak is gekomen, dat huwelijken in de hemel worden gesloten.
Het woord slechte is in de vraag tussen aanhalingstekens gezet.
Begrijpelijk, want wat verstaan wij onder slechte huwelijken en wat is een goed. huwelijk? Is een huwelijk slecht te noemen, wanneer man en vrouw het niet in alles eens zijn; als er vaak ruzie is tussen de echtgenoten? Als dit het geval is, dan zullen én man én vrouw zich moeten corrigeren', om met alle macht te trachten, dat zulke verwikkelingen niet meer plaats hebben. Wij zijn verplicht om onze naasten (en wie is er nader dan onze man en onze vrouw) lief te hebben als onszelf. Al kunnen wij daaraan niet ten volle beantwoorden, toch ligt het op onze weg om daar met alle krachten naar te streven. Als dit, met Gods hulp, geschiedt, dan komen er geen echtscheidingen, en verloopt het huwelijk goed, naar onze maatstaf.
Het is goed en nodig om bij alles in ons leven God om raad te vragen, dus ook bij het kiezen van een man of vrouw. De toeleidende wegen om tot een huwelijksverbintenis te komen zijn soms zo wonderlijk, dat wij er Gods hand in mogen zien. Het kunnen kleinigheden zijn, maar in deze mogen wij ook de dag der kleine dingen niet verachten. Als er een verbintenis tot stand is gekomen, dan moeten wij aannemen', dat de Heere het zó heeft gewild in Zijn voorzienigheid. En wij zijn bevolen elkander lief te hebben. Daarop wijst ook Paulus in zijn brieven, als hij over het huwelijk handelt. Als er veel tegenheden in het huwelijksleven komen, is dat nog geen bewijs, dat wij de „juiste" niet hebben getrouwd. Het huwelijksformulier begint al met „velerhande tegenspoed en kruis vanwege de zonde."
Later mogen wij meer en meer zien, dat de Heere onze huwelijksverbintenis heeft gewild, en dat het de „juiste" was, die Zijn hand ons beeft toegebracht. zo
Een ouderling uit onze Gemeenten zei in zijn leven: „Als ik niet veel van mijn vrouw zou houden, clan zou ik toch goed voor haar zijn." Als dit ter harte werd genomen, zouden we niet veel horen over „slechte" huwelijken.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 juni 1973
Daniel | 16 Pagina's
