Ter kennisname van alle lezers en lezeressen van „Daniël"

Onderstaande brief werd 21 Maart door ons aan alle Kerkeraden der Gereformeerde Gemeenten gezonden. Wij deden dit met groote vrijmoedigheid, daar elke plaatselijke kerk volkomen vrijheid heeft in het bepalen van haar gedragslijn, hetzij in het werk der barmhartigheid, of wel het werk der geestelijke verzorging. Hier betreft het dan gelden te besteden en steun te verleenen aan den arbeid onder de Militaire leden der Gemeenten. Wij twijfelen niet, of dit verzoek zal in al onze Gemeenten met volle instemming worden ontvangen.

Aan de Kerkeraden der Gereformeerde Gemeenten in Nederland.

Weleerwaarde en Eerwaarde Heeren.

Met dit schrijven vragen wij Uw welwillende aandacht voor een zeer belangrijke zaak. Het betreft onze Militairen in NEDERLAND en INDIE. Deze jonge mannen zijn gedwongen het eigen of ouderlijk huis te verlaten. Voor velen is dit de eerste stap naar de zelfstandigheid. Zij zijn niet meer onder de veilige bescherming van het ouderlijke gezag en van het opzicht der ambtsdragers. Zij komen in het volle verleidelijke leven. Voor zoover de dienst hen niet roept, zijn zij eigen heer en meester. En het zijn sterke beenen die deze groote verandering kunnen dragen. Zij komen in aanraking met verkeerde vrienden en bezwijken dan vaak voor de vele verleidingen dezer wereld. Ook de zedelijke gevaren zijn buitengewoon groot. Zoodra zij de uniform aandoen verliezen velen hun persoonlijkheid en voelen zich opgenomen in de massa. Zij volgen zoo gaarne den weg van den minsten weerstand en geven dan maar toe aan de verleiding van vrienden. Zij gebruiken zoo gemakkelijk de uniform als dekmantel waarachter zij zich verschuilen voor het oog der menschen. God ziet hen echter, en zal hen om al die dingen doen komen in het gericht.
Het Bestuur van het Landelijk Verband van Jongelings-Vereenigingen der Gereformeerde Gemeenten in Nederland ontvangt herhaaldelijk brieven van deze Militairen, die voor het meerendeel lid waren van één onzer Jongelings-Vereenigingen, om leiding, voorlichting en geestelijke verzorging. Deze verzoeken komen meestal uit Indië, maar ook van onze jongens in Nederland.
Uit deze brieven blijkt, hoe het hun spijt, dat ze het onderwijs, dat ze op de catechisatie ontvingen, nu moeten missen. Dat ze de zuivere prediking van Gods Woord zooals ze die thuis gewend waren, niet kunnen hooren. Ook hoe ze het waardeeren zouden, als ze van tijd tot tijd van de ambtsdragers der Gemeenten een hartelijk schrijven zouden ontvangen. Ze vragen om voorlichting betreffende de Zondagsrust en de vaccinatiedwang. Ze vragen onze hulp om voor hen verlof te vragen, zonder dat ze op Zondag behoeven te reizen. Ze uiten hun leedwezen over het slechte leven van hun kameraden. Ze verhalen ons van de misleidende leer en verkeerde voorlichting van enkele legerpredikanten.
Ook zijn er velen, die met dezelfde gedachten rondloopen en het niet laten weten. En dan ook de velen uit onze Gemeenten, die, nu ze los van alles leven, zich in de zonde gaan thuis gevoelen. Die niet meer bidden of danken. Die den Zondag misbruiken om van het verlof te kunnen profiteeren. Of met alles gebroken hebben en alle opvoeding in den wind slaan.
Al deze ernstige zaken vervullen ons met zorg, daar het kerkelijk leven in de Gemeenten ons ter harte gaat. Het is het Bestuur van het L.V. van Jongelings-Vereenigingen bekend, dat er door sommige gemeenten afzonderlijk en door de gemeenten van de CLASSIS BARNEVELD GEZAMENLIJK reeds veel gedaan wordt voor de geestelijke verzorging der militairen, met name in Indië.
Het is niet in het minst onze bedoeling dit werk te doorkruisen, daar het in de eerste plaats AMBTELIJK WERK IS EN MOET BLIJVEN. Wij zouden echter ook gaarne iets doen voor deze jongens, die meerendeels leden onzer vereenigineen zijn of het waren. Niet alleen wilden wij hen regelmatig GOEDE LECTUUR ZENDEN, vergezeld van een schrijven van een onzer AMBTSDRAGERS. Dit toch zou ook door de gemeenten afzonderlijk kunnen geschieden, hoewel het vooral voor kleine gemeenten moeilijkheden biedt, inzonderheid het verzenden van pakketten en het regelmatig schrijven door de ambtsdragers, die reeds zooveel arbeid hebben. Maar daarnaast wilden wij enkele dingen doen, die alleen geschieden kunnen, wanneer we de beschikking hebben over de adressen van alle militairen in Nederland en Indië, behoorende tot onze gemeenten.
Voor de militairen in Nederland wilden wij het volgende doen:
1e. Gratis verzending van ons blad „DANIËL".
2e. In de garnizoensplaatsen, waar een Geref. Gem. is, wordt een contact-persoon aangesteld, die de jongens opzoekt, voorlicht omtrent de tijden van Kerk, Catechisatie en J.V. en poogt hen in connectie te brengen met de gezinnen van de Geref. Gemeente voor huiselijk verkeer.
3e. Ook wordt gepoogd contact te leggen tusschen de militairen, behoorende tot de Geref. Gemeente, die in dezelfde garnizoensplaats liggen. Zoo wordt mogelijk het sluiten van vriendschap met ongewenschte kameraden voorkomen.
4e. Ook in die garnizoensplaatsen waar geen Geref. Gem. is, wordt getracht huiselijk verkeer te bezorgen in gezinnen, die bij ons behooren en de militairen onderling in contact te brengen. Vooral aan hen zal steeds goede lectuur gezonden worden met een schrijven van een onzer ambtsdragers.
Voor de Militairen in Indië:
1e. Regelmatig toezending van goede lectuur, brieven en van ons blad „DANIËL".
2e. Het vormen van Centra in die plaatsen, waar veel troepen zijn, waar dan de jongens in Indië hun periodieke verloven kunnen doorbrengen. De jongens weten nu niet, waarheen ze moeten gaan.
3e. Naar deze centra zenden wij groote pakketten boeken, zoodat een soort uitleen-bibliotheek gevormd kan worden.
Voor zoover sommige gemeenten of Classes nog niets deden, is door ons met het verzenden van boeken, gedrukte brieven van onze predikanten e.d. reeds een enkel begin gemaakt.
In ons blad „Daniël" kunnen de militairen correspondeeren met onzen militairen medewerker „Krijgsman". Voor zoover sommige gemeenten of classes reeds werkzaam zijn onder de militairen in Indië, willen wij ons werk daarbij doen aansluiten en steeds met hen in overleg treden.
Wij verzoeken U als kerkeraad dringend dit nuttige werk te steunen door:
1e. een actief persoon aan te stellen als militaire Correspondent;
2e. naam en adres van dezen persoon op te geven aan H. Hoogendoorn, Ridder van Catsweg 244a, Gouda. Wij zullen het dezen mil. Correspondent zoo eenvoudig mogelijk maken. Zijn werk zal voornamelijk bestaan om ons elk geval in zijn Gemeente (kerkelijk) van jongens, die in militairen dienst zijn of gaan, door te geven. Hij krijgt daarvoor modelformuliertjes of invulkaartjes zoomede een brief, waarin zijn werk op eenvoudige wijze wordt omschreven.
Voor al dit werk hebben wij den steun van al onze Gemeenten noodig, want dit alles kan nooit door een enkele Gemeente in dezen vorm bereikt worden. Allereerst behoeven wij Uw moreelen, maar ook Uw onmisbaren financieelen steun.
Door het Bestuur van het L.V. met zijn helpers wordt al dit werk belangeloos gedaan. Maar de onkosten zijn zeer hoog. Het verzenden en aankoopen van boeken kost veel geld.
Wanneer de Gemeenten zoo nu en dan hiervoor eens iets bijdragen of een collecte houden, zullen wij dat zeer op prijs stellen. Gelden hiervoor kunnen worden overgemaakt aan Ds. A. Verhagen, Heereweg 294 te Lisse, bij voorkeur per postwissel.
Het is een heel plan, dat wij U bij dezen voorleggen en bij allen arbeid, die wij wenschen te verrichten, geve de Heere ons de voorlichting van Zijn Geest en de waarheid te verstaan van de woorden uit Psalm 127: „Zoo de Heere het huis niet bouwt, tevergeefs arbeiden deszelfs bouwlieden daaraan, zoo de Heere de stad niet bewaart, tevergeefs waakt de wachter".
Dat de Koning der Kerk zelf den wasdom geven moge over het werk, dat verricht staat te worden, zij ons aller ernstig gebed.
Namens alle onze Militairen vragen wij de voorbede in de samenkomsten der Gemeenten voor al hun nooden, voor tijd en eeuwigheid.
Met belangstelling zien wij Uw berichten tegemoet.

Het Bestuur van het Landelijk Verband van Jongelings Vereenigingen der Gereformeerde Gemeenten in Nederland,

Ds. A. VERHAGEN, 1e Voorzitter, Heereweg 294, Lisse.
Ds. A. DE BL01S, 2e Voorzitter, Rotterdam-Zuid.
Ds. R. KOK. Veenendaal.
Ds. H. LIGTENBERG, Vlaardingen.
T. Molenaar, Rotterdam-Zuid.
S. Moerman, Vlaardingen.
E. Blom, Enkhuizen.
G. H. Mijnders Hzn., Lisse.
J. Baayens, Arnemuiden.
E. de Vries, Kampereiland.
H. Hoogendoorn, Secr., Ridder van Catsweg 244a, Gouda.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen