VRAGENBUS
Jong. Vereen. te R. vraagt oplossing over 1 Kon. 21: 24 en 2 Kon. 1: 17.
Antwoord: In 1 Kon. 21 lezen we, dat het oordeel Gods tegen het huis van Achab aldus wordt aangekondigd:
„Die van Achab sterft in de stad zullen de honden eten en die in het veld sterft zullen de vogelen des hemels eten."
In 2 Kon. 1: 17 wordt ons medegedeeld, dat Ahazia, Achabs zoon sterft op zijn bed.
Hoe is dat nu te rijmen?
Allereerst merk ik op, dat door „honden gegeten" en door „vogelen gegeten", ziet op het schandelijk einde.
Ten tweede zij opgemerkt, dat hoewel het oordeel Gods over Achabs zoon niet letterlijk is vervuld, hij toch onder het oordeel Gods is gestorven.
Hij viel door een tralie en werd krank. Hij zocht hulp bij den god van Ekron, Baäl Zebub, en moet straks uit den mond van Elia hooren: „Daarom, dat ge boden gezonden hebt om Baäl Zebub, den god van Ekron te vragen, daarom van dat bed, waarop gij geklommen zijt, zult gij niet afkomen, maar gij zult, overeenkomstig de goddelijke bedreiging (Lev. 20: 6) den dood sterven."
De Staten-vertalers zeggen: „stervende sterven", wat wel wijst op een schandelijken, smartelijken dood.
Ten derde merk ik nog op, dat Gods Woord op vele plaatsen spreekt van Gods lankmoedigheid, zoodat hij de straf nog wat uitstelt en in dit geval Zijn bedreiging pas begint met den dood van den tweeden zoon van Achab, 12 jaar nadat Elia het oordeel had aangekondigd.
Soldaat P. te B. o. Z. vraagt of het gebruik van pijnstillende middelen geoorloofd is.
Antwoord: 't Is waar, dat alle ziekten, alle smarten gevolgen zijn van de zonde.
Waren er geen zonden er waren geen wonden.
Maar ook is het waar, dat de Heere in Zijn goedheid middelen heeft gegeven om de smarten zooveel mogelijk weg te nemen of te verlichten.
Bewandelen we dus den weg der van God verordineerde middelen, dan handelen we niet tegen Zijn Woord. Als wij onze verwachting hebben van de middelen of steunen op de middelen dan schakelen we God uit aan Wiens zegen toch alles gelegen is. Daarom is het zoo'n voorrecht de middelen te gebruiken onder biddend opzien tot den Heere, Hem smeekend of Hij ze tot genezing genadiglijk wil zegenen.
Als Asa zijn verwachting stelt op den medicijnmeester, dan wordt het hem tot zonde gerekend, maar als een dokter geroepen wordt in geval van ziekte, die middelen toepast tot bestrijding van die ziekte is dat naar Gods Woord, waarin geschreven staat: „Die gezond zijn, hebben den medicijnmeester niet van noode, maar die ziek zijn.
De evangelist Lucas was zelf ook medicijnmeester.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 januari 1947
Daniel | 8 Pagina's
