Verwerkingsvormen

Bijbelstudie n.a.v. Openbaring 3:7-13

1. In Openb. 3:7 duidt Christus Zichzelf aan als "de Heilige, de Waarachtige, Die de sleutel Davids heeft; Die opent en niemand sluit, en Hij sluit en niemand opent".

Welke eigenschappen (namen) van Christus komen hierin naar voren en wat is de betekenis hiervan?

2. a. Wat wordt er bedoeld met de woorden: "Zie Ik heb een geopende deur voor u gegeven, en niemand kan die sluiten"?

b. Wat zegt de Heere van de gemeenteleden van Filadélfia in vers 8?

c. Kan dit ook van de verdrukte kerk in Oost-Europa gezegd worden?

d. Kan dit ook van onze gemeente gezegd worden?

3. In Openb. 3:9 wordt gezegd: "Zie Ik geef u enigen uit de synagoge des satans". Is dit in tegenspraak met het feit dat de Heere een geopende deur heeft gegeven?

4. In 1 Kor. 16:9 zegt Paulus dat hem een "grote en krachtige deur geopend is" en dat er veel tegenstanders zijn.

a. Zou er verband zijn tussen deze twee aspekten?

b. Wat schrijft en bedoelt Petrus als hij het heeft over de verdrukking van de gemeente? Zie 1 Petr. 4:12-14.

5. a. Wat bedoelt de Heere Jezus in vers 9 met "die zeggen dat zij Joden zijn, en zijn het niet, maar liegen"? Zie ook Gal. 3:29. Gebruik eventueel de kanttekeningen bij Openb. 2:9.

b. Zou in onze tijd gesproken kunnen worden van mensen "die zeggen dat ze christen zijn en zijn het niet, maar liegen"?

c. Welke troost ligt er in de woorden: "Ik heb een geopende deur gegeven"?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen