5. Gespreksvragen

1. De Nederlandse Geloofsbelijdenis keert zich in artikel 36 tegen het verzet van de Wederdopers tegen de overheid. Hoe behoort onze houding tegenover de overheid te zijn? (art. 36).

2. In artikel 36 lezen we: "Tot dat einde heeft Hij de overheid het zwaard in handen gegeven tot straf der bozen en bescherming der vromen". Wat is volgens jou de taak van de overheid als je artikel 36 leest?

3. Waarom is het belangrijk te weten hoe de N.G.B. is ontstaan? Heeft dat ook nu nog wat te zeggen?

4. Waarom heeft de Heere ons Zijn Woord gegeven? Licht je antwoord toe aan de hand van artikel 3 van de N.G.B.

5. In artikel 3 lezen we: "Hierom noemen we zulke geschriften: Heilige en Goddelijke Schrifturen". Wat betekent dat voor je bijbellezen en bijbelstudie?

6. In Joz. 24:15 lezen we: "Kiest u heden, wien gij dienen zult". Zijn wij in staat om te kiezen? Betrek hierbij het laatste gedeelte van artikel 14. Betekent artikel 14 dat wij geen verantwoordelijkheid meer hebben?

7. In artikel 22 lezen we: "Wij geloven, dat, om ware kennis dezer grote verborgenheid te bekomen, de Heilige Geest in onze harten ontsteekt een oprecht geloof, hetwelk Jezus Christus met al Zijn verdiensten omhelst, Hem eigen maakt, en niets anders meer buiten Hem zoekt". Probeer in eigen woorden weer te geven wat hiermee bedoeld wordt.

8. Kun je weergeven welk voordeel een kerk met een belijdenis heeft boven een kerk of groep zonder belijdenisgeschriften?

9. Het artikel dat handelt over de Heilige Doop (art. 34) wordt besloten met de zin: "Daarenboven, hetgeen de besnijdenis deed aan het Joodse volk, hetzelfde doet de Doop aan onze kinderen; welke de oorzaak is, waarom de heilige Paulus de Doop noemt de "besnijdenis van Christus", Kol. 2:11". Wat wordt hiermee bedoeld?

10. Artikel 35 van de N.G.B. begint als volgt: "Wij geloven en belijden, dat onze Zaligmaker Jezus Christus het sacrament des Heiligen Avondmaals verordend en ingesteld heeft, om te voeden en te onderhouden degenen, die Hij alrede wedergeboren, en in Zijn huisgezin, hetwelk is Zijn Kerk, ingelijfd heeft. Nu hebben degenen, die wedergeboren zijn, in zich tweeërlei leven: het ene lichamelijk en tijdelijk, hetwelk zij van hun eerste geboorte medegebracht hebben, en allen mensen gemeen is; het andere is geestelijk en hemels, hetwelk hun gegeven wordt in de tweede geboorte, dewelke geschiedt door het Woord des Evangelies, in de gemeenschap des lichaams van Christus; en dit leven is niet gemeen, dan alleen de uitverkorenen Gods". Geef in eigen woorden weer wat deze woorden betekenen.

11. Artikel 57 handelt over het laatste oordeel. De slotzin van dit laatste artikel luidt: "Daarom verwachten wij die grote dag met groot verlangen, om ten volle te genieten de beloften Gods, in Jezus Christus, onze Heere". Wat wordt met deze woorden bedoeld? Wat kun je hieruit leren?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen