JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

5. Het verhaal van Mary Jones

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

5. Het verhaal van Mary Jones

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Er was eens een klein meisje. Ze heette Mary Jones en woonde in een huisje ergens in Wales, in Engeland. Vader was wolwever en hij moest heel hard werken, om voor moeder en Mary de kost te verdienen.

Vader had niet veel tijd om zich met Mary bezig te houden.

Maar er was één dag in de week, dat hij dit wel kon doen.

Dat was de zondag. Dan werkte vader niet.

De zondag was altijd een feestdag voor Mary. Want dan... ging vader vertellen. En vader kón mooi vertellen, nou!

En weet je wat hij dan vertelde? Dan vertelde hij de mooie verhalen uit de Bijbel. Vader wist een heleboel verhalen. Mary luisterde stil naar de prachtige verhalen en ze vergat alles om zich heen. Ze vergat haar pop en het kleine poesje en de geit en de kippen, alles!

En terwijl ze zo luisterde, kwam er een wonderlijk verlangen in haar. Ze dacht... o, wat zou ik graag zelf al die mooie verhalen willen lezen! Ja, maar ze kon niet lezen en... vader en moeder hadden geen Bijbel, want die was erg duur en vader was arm. Nee, dat verlangen zou wel nooit vervuld worden.

Of? Misschien toch?

Als Mary 's avonds voor haar bedje knielde op haar stille kamertje op zolder, dan bad ze altijd: "Heere, ik wil zo graag die mooie verhalen uit Uw Woord zelf lezen, maar ik kan niet lezen en we hebben geen Bijbel en... en wilt U geven dat het toch kan?" Zou de Heere dit gebed verhoren? Mary geloofde het vast. Maar hoe? Nee, dit wist ze niet.

 

Een paar jaar gingen voorbij.

Toen, op zekere dag, zei vader opeens tegen haar: "Mary, wil je lezen leren en schrijven?"

Mary schrok. Meende vader dat nou? Ja, hij meende het. Ze zag het in zijn ogen; nee, vader hield haar niet voor de mal. Hij meende het. Hij wist immers ook wel wat Mary zo graag wilde.

"O, ja, vader, heel graag, dat weet u wel. Maar... maar dat kan toch niet. Er is hier toch geen school en...", aarzelde Mary.

"Nee, hier is geen school. Maar in het dorp Abergynolwyn - brr! wat een moeilijk naam, hè? - daar wordt een school geopend en... wil je daarheen?"

"O, graag vader", juichte Mary.

"Maar je moet iedere dag een uur lopen, weet je dat wel?" zei vader.

"Dat geeft niet, vader, ik kan immers heel goed lopen".

Die avond, toen Mary weer voor haar bedje knielde, zei ze: "Lieve Heere, ik dank U, dat U het eerste stukje van mijn gebed hebt verhoord. Wilt U nu ook het tweede verhoren? O, ik wil zo graag een Bijbel hebben".

Zie je, dat wonderlijke verlangen in haar was gebleven. Misschien werd ook dit vervuld! Wie weet!

En toen ze stil in bed lag en keek naar dat heldere sterretje, dat zo vriendelijk knipoogde tegen haar door het dakraampje, toen wist ze het opeens. Natuurlijk, dat zou ze gaan doen! Ze zou gaan sparen, net zo lang, tot ze genoeg geld had om zelf een Bijbel te kopen. Ze zou kousen gaan stoppen voor de buren, ze zou hout gaan sprokkelen, ze zou - o, als dat eens mocht van vader en moeder - ze zou een paar kuikentjes vragen en als die groot werden zou ze eieren krijgen en die gaan verkopen en, o ja, het zou heel lang duren eer ze zoveel bij elkaar gespaard had, dat ze zelf een Bijbel kon kopen, maar ze zou het doen. En met een blijde glimlach op haar blozend gezichtje sliep ze eindelijk in. Ja, ze zou het doen! Vast!

 

Ja, het duurde heel lang. Mary stopte kousen voor de buren en kreeg een dubbeltje. Ze sprokkelde hout en kreeg een stuiver. Ze kreeg twee kuikentjes, die ze trouw verzorgde. Het werden twee kippen, gelukkig, er was geen haantje bij. En ze verkocht de eieren voor een paar centen, en die stuiver en dat dubbeltje - wat een schat was dat! - die legde ze in een doosje op haar zolderkamertje. Zes jaar lang duurde het en toen -ze was toen al zestien jaar en lang niet meer op school- toen had ze twintig gulden bij elkaar.

En toen zei ze tegen vader: "Vader, ik heb twintig gulden gespaard. Nu ga ik naar de dominee in de stad en ik ga een Bijbel kopen. Mag het?"

"Natuurlijk", zei vader, "maar het is een heel eind naar de stad! Het is veertig kilometer".

"Dat geeft niet, vader, morgen ga ik", zei Mary blij.

 

Het is een mooie morgen, midden in de zomer.

Door de vroege morgen loopt een meisje van zestien jaar. Ze loopt op blote voeten. In een zak op haar rug zitten haar schoenen. Die zal ze straks aantrekken als ze in de stad komt. Hier op de slechte weg zouden haar schoenen te hard slijten en haar voeten kunnen er tegen. Ze is immers gewend op blote voeten te lopen.

Ze loopt de hele dag, maar ze voelt niet dat ze moe wordt. 't Is, of ze naar een groot feest gaat en... dat is ook eigenlijk zo.

Ze komt in de stad. Reeds is de zon weggezonken achter de bergen in het westen. Ze trekt haar schoenen aan en spoedig heeft ze het huis van de dominee gevonden. Bevend belt ze aan. Nu zal het grote ogenblik komen. Nu...

De deur gaat open. Een dame kijkt haar nieuwsgierig aan. Ze ziet direkt, dat dit meisje geen meisje uit de stad is. Ze ziet ook, dat ze vermoeid is.

"Wie ben je en wat kom je doen?" vraagt de dame vriendelijk. "Ik ben Mary Jones en kom om een Bijbel te kopen, mevrouw", zegt Mary zacht.

"Om een Bijbel te kopen?" vraagt de dame verwonderd. Het gebeurde niet iedere dag, dat een meisje aan de deur kwam met zulk een boodschap. 

"Waar kom je vandaan?"

"Van Llanfihangel-y-pennant, mevrouw", antwoordt Mary.

"Wat? Helemaal van Llanfihangel?"

"Ja, mevrouw".

"Hoe ben je hierheen gekomen?"

"Lopen, mevrouw".

"Kom binnen, Mary", en mevrouw gaat haar voor naar de studeerkamer van de dominee.

"Ga hier zitten, kind", zegt mevrouw en Mary zinkt in een heerlijk zachte stoel. O, nu voelt ze pas, hoe moe ze is. Maar nee, daar niet aan denken, nee. Ze heeft toch het doel van haar reis bereikt? Het wondere verlangen zal nu toch worden vervuld? En haar gebed worden verhoord?

De dame gaat weg. Mary kijkt de kamer rond. O, o, wat een boeken. De dominee moet wel een vreselijk geleerde man zijn. Mary heeft niet lang tijd om daarover te denken.

De deur gaat open en een deftige heer treedt binnen. Hij loopt op haar toe, steekt de hand uit en zegt:

"Dag, Mary Jones. En vertel me eens, wat je eigenlijk wilt?"

"Ik kom om een Bijbel te kopen, dominee", zegt Mary schuchter.

"Kom je daarvoor helemaal van Llanfihangel-y-pennant?"

"Ja, dominee".

"Nou, maar dat is toch heel jammer, Mary, maar..." De dominee maakt zijn zin niet af. Hij ziet, hoe er opeens een groot verdriet gekomen is in Mary's ogen. Hij ziet, hoe het bloed wegtrekt uit haar gezicht. Haar lippen beginnen te beven. Dan opeens, valt ze in de stoel terug. Ze bonst met haar hoofd op de leuning en snikt, snikt...

Dominee legt zijn hand op haar hoofd. "Maar kind, is het dan zó erg, dat ik op 't ogenblik geen Bijbel voor je heb?"

Met tranen in de ogen kijkt Mary hem aan. "Ik... ik heb er zes jaar voor gespaard, dominee... En nou... nou heb ik het geld en... en..."

"Wat zeg je? Zes jaar ervoor gespaard? En nou veertig kilometer ervoor gelopen? Wou je dan zo graag zelf een Bijbel hebben?"

"Ja dominee, en nou is alles voor niets geweest. Ik heb er iedere dag om gebeden. Ik heb er lezen voor geleerd. Ik heb..." Ontroerd kijkt dominee haar aan. Dan zegt hij: "Hoor 'es, Mary. Je mag zo niet naar huis gaan. Ik heb inderdaad nog één Bijbel, die heb ik aan een vriend beloofd. Maar jij krijgt hem hoor. Iemand, die zes jaar lang om een Bijbel gebeden heeft, die er zes jaar voor gespaard heeft, die krijgt hem. God heeft je gebed verhoord, mijn kind". En hij legt een prachtige, fonkelnieuwe Bijbel op Mary's schoot.

En nu... snel wist Mary de tranen uit haar ogen. Weg is opeens alle verdriet. Het juicht ineens in Mary: nu heb ik een Bijbel, mijn Bijbel.

"Dank u wel, dominee. Dank u wel. En hier is het geld".

Ze maakt het zakje open, dat om haar hals hangt en telt dominee twintig gulden voor. Een geweldige som. Een bedrag, dat in onze dagen zeker tien maal zo hoog zou zijn.

"Hoho", zegt dominee lachend, "hoho, je geeft teveel". Hij neemt het zakje en doet er weer vijf gulden in terug.

Verrast kijkt Mary hem aan. "Maar de Bijbel kost toch twintig gulden, dominee?" vraagt ze.

"Ja, eigenlijk, wel kind, maar de vijf gulden zijn voor jou, omdat je er zo lang om gebeden en zo lang voor gespaard hebt".

Die nacht zit dominee Charles -zo heet hij- lang op zijn studeerkamer. Hij moet almaar denken aan dat meisje, dat zes jaar lang om een Bijbel heeft gebeden en dat er zes jaar voor gespaard heeft: cent voor cent, stuiver voor stuiver, dubbeltje voor dubbeltje. Dat kan niet langer, zegt hij tegen zichzelf. Er moeten meer Bijbels komen, ze moeten zo goedkoop worden, dat zelfs de armsten ze kunnen kopen. Is het niet treurig, dat zo weinig mensen Gods Woord kunnen lezen? Dat moet anders worden.

En als Mary de volgende morgen, weer op blote voeten, de Bijbel, háár Bijbel in de zak bij haar schoenen op de rug, de lange weg naar huis terugloopt, zit ds. Charles al achter zijn bureau en is hij begonnen aan de uitvoering van zijn plan: iedereen moet een Bijbel kunnen kopen voor weinig geld, of, als hij geen geld heeft, een Bijbel kunnen krijgen...

Vier jaar later -in 1804- is het plan van ds. Charles werkelijkheid geworden. Toen is in Londen opgericht het Brits en Buitenlands Bijbelgenootschap. Dat heeft miljoenen Bijbels, niet alleen in Wales, maar over heel Engeland, ja over de hele wereld verspreid.

Eigenlijk zou iedereen een Bijbel moeten hebben in zijn eigen taal. Daarvoor moet de Bijbel nog in veel talen vertaald worden. En daaraan mogen jullie ook meewerken.

In de aktie "Voor alle volken te verstaan" gaan we geld bij elkaar brengen zodat de Bijbel vertaald kan worden in Izi en Langda. Daar werkt onze zending.

Jij helpt toch ook mee?

En jij vergeet toch ook niet te bidden voor de mensen die de Bijbel vertalen en lezen?

Doen hoor.

 

Bewerkt naar een verhaal van P.A. de Rover

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 februari 1983

Mivo +16 | 96 Pagina's

5. Het verhaal van Mary Jones

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 februari 1983

Mivo +16 | 96 Pagina's