Inleiding

Psalm 79 is een klaagpsalm. In deze psalm klaagt de dichter tegenover de Heere dat Jeruzalem verwoest is en de tempel verontreinigd. De omliggende volken spotten. Het volk is zwaar getroffen door tegenslag. Ze heeft Gods toorn wel verdiend, maar de vijanden zijn te ver gegaan, ze hebben Gods huis verwoest.

De dichter legt de nood voor de Heere neer. Hij is immers de Rechter van hemel en aarde. Wat is een betere plaats om de nood neer te leggen? In psalm 119 lezen we: "HEERE! Gij zijt rechtvaardig, en elkeen Uwer oordelen is recht".

Naast de bespreking van psalm 79, worden karakter, soorten, opschriften, auteurs en de indeling van de psalmen besproken. Dit gedeelte kan nuttig zijn bij het onderzoeken van andere psalmen.

We hopen dat de Heere het onderzoeken van Zijn Woord zal zegenen opdat ook wij door genade mogen zingen:

"Zo zullen wij, de schapen Uwer weiden,

In eeuwigheid Uw lof, Uw eer verbreiden,

En zingen van geslachten tot geslachten

Uw trouw, Uw roem, Uw onverwinb're krachten".

namens de kommissie Mivo+16,

E. van Hell

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen