JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

De dood in het leven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De dood in het leven

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als iemand gestorven is, moeten de nabestaanden iets doen. Er moet iets met het lichaam van de overledene gebeuren, anderen moeten bericht krijgen, je moet elkaar troosten en dingen regelen. Elk volk en elke tijd heeft daar zijn eigen rituelen voor. Zulke vaste gebeurtenissen zijn heel goed voor de achtergebleven familie: ze helpen je om te beseffen dat de geliefde er echt niet meer is, ze geven vorm aan het verdriet en ze geven je de mogelijkheid om nog iets voor de overledene te doen.

Piramiden

Als een Egyptische koning vroeger (duizenden jaren voor Christus) aan de regering kwam, gaf hij meteen opdracht een piramide of (later) rotsgraf te bouwen: hij wist immers nooit hoeveel tijd hij nog had en bij zijn dood moest zijn graf klaar zijn! Als het zover was, vonden er allerlei ingewikkelde rituelen plaats: het lichaam kreeg een zoutbad, werd gebalsemd en gemummificeerd, de mond moest ritueel geopend worden en farao moest betreurd worden. Pas na 70 dagen kon de begrafenis plaatsvinden. Andere volken kenden de gewoonte om hun doden te verbranden of op een hoge stellage te laten verteren.
Elke godsdienst heeft het besef dat de dood de overgang is naar een ander bestaan. En vaak trof men daarvoor tijdens het leven de nodige voorbereidingen.
Natuurlijk kun je daarin te ver gaan. Zo'n gigantische piramide bouwen om één persoon in te begraven, is wel wat overtrokken. Toch houden we het idee even vast. Is het altijd overdreven om zelf te regelen wat je kunt voor je begrafenis? Als jij het niet doet, moeten je nabestaanden alles beslissen en weten ze dan hoe jij het gewild zou hebben? Je kunt anderen veel zorg ontnemen als je met je familie over zulke dingen gepraat hebt. En dan vindt iedereen weer andere dingen belangrijk. In hoofdstuk 3 vind je een aantal heel praktische dingen, die geregeld moeten worden.
Dat is natuurlijk niet het enige. De oude Egyptenaars geloofden dat een mooi graf en al die bijzondere rituelen belangrijk waren voor het leven na de dood. Ook in jouw leven moet het 'hiernamaals' een plaats hebben, je hebt je leven lang de tijd om je voor te bereiden op je dood. Alleen... je weet nooit hoe lang dat is. Dus daarom moet je, net als farao, vandaag beginnen.

Oude gewoonten

Vroeger hadden wij in onze cultuur gewoonten die te maken hadden met de dood, die we nu niet meer zo kennen. Als een stel ging trouwen, moest het meisje niet alleen zorgen dat er genoeg linnengoed voor een heel leven in de kast lag (24 lakens!), maar ook dat helemaal onderin (dat wel) de doodshemden lagen. Bij de voorbereiding op de trouwdag hoorde ook voorbereiding op de sterfdag.
Je kent vast de uitdrukking: 'De dominee komt voorbij'. Dan is het ineens helemaal stil in de kamer. Dat was echt het geval als de dominee door een vissersdorp liep: dan moest hij namelijk vaak bij verschillende huizen het bericht gaan brengen dat er een schip vergaan was en alle vrouwen hielden de adem in om te luisteren of zijn voetstap voor hun deur stopte. En als hij doorliep, haalde de vrouw binnen weer opgelucht adem, omdat haar man er deze keer niet bij was. Deze mensen moesten wel leven met de gedachte dat het vandaag of morgen hun beurt was. Als de dominee voorbij ging, was dat reden om God te danken. Vroeger had je op het platteland het 'nabuurschap': buren kwamen om een dode te wassen, 'af te leggen' en op te baren. Daarna zorgden ze voor de gasten die aan huis kwamen om te condoleren en afscheid te nemen van de overledene.
ledereen sloot ook de gordijnen van een sterfhuis tot na de begrafenis, maar nu vinden velen dat 'benauwd'. Ook al is het onder ons nog steeds gebruikelijk om donkere kleren te dragen bij een begrafenis, weinig mensen gaan nog een jaar 'in de rouw' met alleen zwart. Wist jij dat vroeger iedereen van zijn voertuig afstapte en eerbiedig stilstond, met de pet in de hand, als er een rouwstoet voorbij kwam? Dat is nog steeds netjes, al krijgen rouwstoeten nu geen voorrang meer op de weg.

De dood verder weg?

Na de Tweede Wereldoorlog zijn veel rituelen rond de dood en de manier waarop verdriet geuit wordt, gaan ver-anderen. Veel mensen gaan veel zakelijker met de dood om. Je kunt een begrafenisondernemer laten komen, die de overledene helemaal niet gekend heeft, maar hem opbaart omdat dat zijn beroep is. De overledene kan naar een rouwcentrum gebracht worden, waar je als familie dan een bepaalde tijd per dag kunt zijn. De begrafenisondernemer regelt alles en je hoeft als familie, laat staan als buren, in huis weinig te merken van de aanwezigheid van de dood.
Je kunt je afvragen of je wel alles uit handen moet geven. Een begrafenisondernemer blijft nodig. Daarbij kan het toch heel goed zijn om de gestorven geliefde zelf voor het laatst te verzorgen of daarbij te helpen. Waarom zou je, als dat kan, de dode niet bij het gezin in het sterfhuis opbaren? Misschien lijkt je dat eng, maar het lichaam is toch niet van een vreemde? Hoe meer je bij de overledene bent, hoe meer je de tijd krijgt om tot je door te laten dringen dat hij of zij er echt niet meer is. Dit kan je helpen om op een goede manier om te gaan met het verlies. Veel mensen willen de dode dan ook zo lang mogelijk bij zich hebben. Tegenwoordig is daarvoor weer aandacht. Ook kunnen veel meer mensen thuis sterven, dankzij de mogelijkheden van goede thuiszorg.

'Moderne' rituelen

De laatste jaren is ook een andere tendens in het omgaan met rituelen rondom het sterven. Zoals voor ieder bruidspaar hun trouwdag de mooiste is, is voor iedere familie hun sterfgeval het verdrietigste. Daarom willen veel mensen deze diep ingrijpende periode ook persoonlijk invullen. Je kunt daarbij denken aan een originele tekst op de rouwkaart, maar ook aan een 'viering' van de begrafenisplechtigheid waar niets plechtigs meer aan is, compleet met een muzikaal optreden- want 'dat zou pa geweldig gevonden hebben.' Zou dan wel beseft worden dat pa er niet meer is? Wat zeg ik? Dat hij ergens anders is... En hoe vind je het dat de laatste wens van een zieke jongen, om zijn as de ruimte in te sturen, vervuld is? Is dat het laatste?
Het meest originele is lang niet altijd het meest gepaste. Hoe zouden we het afscheid dan wel kunnen invullen?

Eenvoudig

Wie gelooft dat er na de dood nog iets is, namelijk het oordeel en het eeuwig wel of eeuwig wee, zou verder moeten kijken dan tot aan het einde van het leven. Daarom willen we het afscheid zelf zo eenvoudig mogelijk houden. En dat betekent dat we in onze kerkelijke kring in Nederland ervoor kiezen om het anders te doen dan vele anderen. Op een rouwkaart staat weleens: 'Liever geen bloemen'. Bloemen geven aan een overledene kan een goed gevoel geven, maar betekent ook dat de kist of het graf wat wordt opgefleurd, dus dat de dood wordt 'verbloemd'. Natuurlijk wil je toch vaak een laatste eerbewijs aan de dode brengen. Dat kan ook op andere manieren.
Daarom kiezen mensen er soms voor om een advertentie in de krant te zetten, ook al ben je geen naaste familie. 'Liever geen toespraken' betekent meteen dat je niet bang hoeft te zijn dat iemand opeens tegen de overledene gaat praten. Dat heeft namelijk geen zin meer. De levenden moeten aangesproken worden en wel met Gods Woord! Daarom staat in de rouwdienst onder ons niet in de eerste plaats de gestorven persoon centraal, maar de Bijbel. Daaruit kun je ook troost putten, zeker als de overledene getuigenis heeft gegeven van de kracht van dat Woord.
Als we ergens tegen zijn, heeft dat dus wel een reden. Het is echter heel goed om bepaalde gewoonten te hebben rondom de dood. Wij hebben ze ook. De leden van het getroffen gezin blijven, begrijpelijk, veelal thuis. Ze willen de wereld even buitensluiten. Als iemand 'boven aarde staat', is het soms zelfs de gewoonte dat de gezinsleden niet eens naar de kerk gaan. Pas na de begrafenis komen ze dan in sommige gemeenten 'rouw in de kerk brengen', temidden van de gemeente. Vanaf de eerste dag staat de kerkelijke gemeente ook rondom het getroffen gezin, in de persoon van een ambtsdrager die begeleidt en de dag afsluit met gebed. Hopelijk laten ook anderen blijken dat ze als gemeenteleden meeleven.
Na een overlijden komt sterk de vraag naar de bestemming van de dode naar voren: waar is hij/zij nu en hoe is het met hem/haar? Daarom wordt ook vaak gevraagd wat 'zijn laatste woorden' waren, en wat de dominee of anderen gezegd hebben. Wat kan een predikant ertegenop zien om een begrafenis te leiden als hij niets van de ziel van die persoon weet. Natuurlijk heeft een mens niet het laatste woord, maar het kan zo'n troost zijn als andere mensen kunnen getuigen dat het goed is.
De stilte tijdens een rouwdienst en in de stoet, de donkere kleren geven een stemmige sfeer die de ernst van de dood wel waard is. Daarbij mag er zeker ruimte zijn voor geliefden, die graag op hun eigen manier de laatste eer willen bewijzen. Hoe omgegaan wordt met het afscheid, kan per cultuur en zelfs per streek verschillen, ledereen moet daarin ook zijn eigen keuzes maken. Dat betekent wel dat je er goed over moet nadenken waarom je iets op een bepaalde manier doet. Wat kan het dan mooi en betekenisvol zijn, als zoons de kist met hun moeder naar het graf dragen, als een bijzondere Bijbeltekst op de rouwkaart staat, als er getuigenis gegeven kan worden van een zalig sterven.


Begraven of cremeren

In Nederland worden steeds meer mensen gecremeerd, dus verbrand in plaats van begraven. Dat is niet een zaak van 'wat je gewend bent', maar vaak een bewuste keus. Het is goedkoper en het zou hygiënischer zijn, want wie verbrand wordt hoeft niet te verteren. Met geloof heeft het volgens veel mensen niets te maken. Toch kennen we allemaal de (dwaze!) hoop, dat een verbrand lichaam niet opgewekt kan worden voor het oordeel. Bij cremeren hoort de gedachte dat na de dood alles afgelopen is, voor lichaam en ziel.
De Bijbel wijst crematie af en kiest duidelijk voor begraven. Alleen misdadigers werden verbrand (Achan in Jozua 7 : 25). De Heere Jezus wilde Zelf begraven worden en heeft zo het graf geheiligd. Wie in Hem geloofd, zal Hem daarin willen volgen. Het begraven lichaam zal tot stof wederkeren en wacht op de oordeelsdag om opgewekt te worden.
Ook voor de nabestaanden is het goed om de plaats, waar het lichaam van de geliefden ligt, nog te hebben. Een urn, al dan niet begraven of in een muur gezet, is geen rustplaats. Een graf is een plek van bezinning. Daar spreekt de dood. Daar spreekt God.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 september 1998

Mivo +14 | 20 Pagina's

De dood in het leven

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 september 1998

Mivo +14 | 20 Pagina's