JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Instructieblad voor leidinggevenden bij de MIVO +14 schets "Voorkómen is beter dan..."

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Instructieblad voor leidinggevenden bij de MIVO +14 schets "Voorkómen is beter dan..."

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

In dit blad treft u aan:
- Aanwijzingen voor het gebruik van de MlVO-schets "Voorkómen is beter dan..."
- Programma-suggesties voor een avond over de schets
- Aantekeningen bij de vragen en verwerkingsvormen
- Extra informatie van het bureau HALT

Aanwijzingen voor het gebruik

De MIVO +14 schets over "Voorkómen is beter dan..." is het eerste nummer van de derde jaargang in een serie werkschetsen voor de oudere tieners op de vereniging. Hoewel in eerste instantie geschreven voor deze groep, kan de schets, uiteraard met enige aanpassing, ook door -14 groepen of door gewone +12 groepen (jongeren in de leeftijd van 12 tot 16) gebruikt worden. Het blad voor de leden bevat vrijwel alle informatie die de inleider nodig heeft. U dient de schets dus pas na de inleiding uit te delen aan de leden, om niet het gras voor de voeten van de inleider weg te maaien!
Wanneer de schetsen uitgedeeld zijn, kan met de verwerkingsvormen achterin de schets verder gewerkt worden. Na afloop van de avond kunnen de leden de schets mee naar huis nemen.
U treft in dit instructieblad nog wat extra achtergrondinformatie aan rond het onderwerp.

Programma suggesties

Doel van de schets
Het doel van de schets is het onder de aandacht brengen bij jongeren van de gevaren van het in aanraking komen met criminaliteit. Tevens wordt aangegeven hoe je kunt voorkómen dat je in die wereld terecht komt. Daarbij wordt extra aandacht geschonken aan vandalisme, een vorm van "kleine" criminaliteit die dicht bij de belevingswereld van jongeren ligt.
Het is goed om als leidinggevende het doel van een avond rond dit onderwerp in het oog te houden:
- Informatie over criminaliteit en hoe je daarin verzeild kan raken
- Vandalisme als "criminaliteit dicht bij jongeren" belichten
- Hoe kun je voorkomen dat je in deze wereld terecht komt?

Je kunt het onderwerp uiteraard op verschillende manieren aan de orde stellen. We geven enkele suggesties:

Mogelijkheid 1. Brede behandeling van het onderwerp

- Opening
- Associatieopdracht: groepjes van 5 leden krijgen drie minuten de tijd om op een groot wit vel met het woord "Crimineel" of "Criminaliteit" of "Vandalisme", woorden of kreten te schrijven waar ze aan denken als ze dat woord zien
- Plenair worden de opgeschreven woorden of kreten kort besproken
- Het verhaal van Peter wordt voorgelezen
- Korte inleidingen over de onderwerpen "criminaliteit" en "vandalisme"
- Invullen van enquête "jij en criminaliteit" (zie elders in deze schets)
Pauze
- Groepsbespreking a.d.h.v. de vragen (keuze maken uit de vragen!)
- Uitslag van de enquête bespreken
- Plenair bespreken van vragen
- goede raad van Peter wordt voorgelezen
- Sluiting

Mogelijkheid 2 Behandeling toegespitst naar Vandalisme

- Opening
- Invullen van de enquête "Jij en vandalisme" (zie elders in deze schets)
- Het "verhaal van Peter" wordt voorgelezen
- Inleidinkje over "Criminaliteit" (kort) en "Vandalisme" n.a.v. hoofdstuk 2
- Inleidinkjes over "Hoe blijf je er vandaan" n.a.v. hoofdstuk 3
Pauze
- Bespreking uitslag enquête "Jij en vandalisme"
- Werken in groepjes aan de hand van vragen (keuze maken uit vragen!)
- Afronding en sluiting door de leiding

Mogelijkheid 3

- Opening
- Invullen enquête "Jij en criminaliteit"
- Bespreking enquête "Jij en criminaliteit"
- Het verhaal van Peter wordt voorgelezen
- Inleiding over Vandalisme n.a.v. hoofdstuk 2
- Invullen enquête "Jij en vandalisme"
Pauze
- Bespreking uitslag enquête "Jij en vandalisme"
- Werken in groepjes: enkele opdrachten worden gemaakt en vervolgens moet ieder groepje 2 stellingen over het thema: "Hoe voorkom je dat je in de criminaliteit terecht komt" inleveren op een groot vel
- Plenaire discussie stellingen
- Afronding door het lezen van de goede raad van Peter en sluiting door de leiding

De bij de programmasuggestie genoemde enquête zijn een goed middel om het onderwerp dicht bij de jongeren te brengen. De enquêtes vindt u op één van de volgende pagina's afgedrukt. U kunt er zelf naar behoefte kopieën van maken voor de verenigingsleden.

Toelichting bij de vragen en opdrachten

1. Wat vind je van het spreekwoord: "Zeg me wie je vrienden zijn en ik zal je zeggen wie jij bent"?

Dit is een spreekwoord dat steeds door de praktijk bevestigd wordt. Vrienden hebben veel invloed op de mens, zeker op de puber van 14, 15 jaar. Ook wetenschappelijk onderzoek bevestigt dit. Vandaar dat we - ook in het jeugdwerk - jongeren moeten voorhouden dat een goede vriendenkeuze heel belangrijk is.

2. Kun je met elkaar een paar mogelijkheden bedenken:
a. Waar en hoe je nieuwe vrienden kunt opdoen
b. Om welke redenen je met de één wel vriendschap sluit en met de ander niet
c. Wanneer je iemand een vriend noemt
d. Hoe je met één of meer vrienden vrije tijd doorbrengt

a. Natuurlijk kan in de eerste plaats hier het jeugdwerk genoemd worden, jeugdwerk op plaatselijk niveau, maar ook landelijk, bijvoorbeeld via zomerkampen. Daarnaast speelt uiteraard ook de school hier een belangrijke rol.
Gewezen kan worden op de gevaren van vrienden uit de buurt, zonder nu onze jongeren helemaal van dit soort vrienden te willen isoleren.
b. Aan elke vriendschap moet een wederzijdse sympathie ten grondslag liggen. Maar ook iemands achtergrond moet hierbij betrokken worden. Verder spelen mee: gezamenlijke interesses, hobby's, vrije tijdsbesteding en dergelijke.
c. Vrienschap moet in de praktijk blijken; in woorden, maar vooral ook in daden! Een echte vriend heeft wat voor je over, is er voor je in goede en slechte tijden. Een echte vriend neemt je - accepteert je - zoals je bent.
d. Natuurlijk kan hier het gezamenlijk bezoeken van de verenigingsavonden en de andere activiteiten van de vereniging genoemd worden. Te denken valt verder aan activiteiten rond je hobby. Verjaardagen bezoeken of zo maar eens gezellig bij elkaar zijn bij iemand thuis.

3. Vind je dat vrienden elkaar moeten corrigeren? Of, met andere woorden:
a. Als jij iets verkeerds doet, vind je dan dat een vriend(in) daar iets van moet zeggen?
b. En als je vriend(in) dat doet, word je dan kwaad?
c. Durf jij je vriend(in) te waarschuwen als je weet dat hij/zij zondigt?
d. Hoe komt het dat je veel gemakkelijker meedoet dan tegenhoudt?

a. Dit kan natuurlijk best gevoelig liggen, maar in een echte vriendschap moet het kunnen.
b. Zo'n opmerking kan best wel eens in het verkeerde keelgat schieten maar het is goed om correcties/kritiek te leren accepteren en er wat van te leren.
c. Er kan veel schroom zijn om dit te doen, vooral op deze leeftijd. Toch is het goed om het te doen, waarbij natuurlijk geldt: het is de toon die de muziek maakt!
d. Meedoen lijkt populairder. We willen geen van allen "spelbreker" zijn. Bovendien gaat ons hart ook uit naar het doen van zondige, verkeerde dingen.

4. a. Kun je twee bijbelse geschiedenissen noemen waar over vriendschap gesproken wordt?
b. Hoe moeten vrienden met elkaar omgaan volgens de Bijbel (zie de geschiedenissen die je bij a. genoemd hebt)?
c Hoe kun jij een goede vriend(in) voor anderen zijn?

a. Heel bekend in dit verband is de geschiedenis van David en Jonathan (zie o.a. 1 Sam. 18)
In het Nieuwe Testament is het voorbeeld wat de Heere Jezus noemt over de onbeschaamde vriend heel bekend (Luk. 11 : 5-13). 
b. Kernwoorden zijn: trouw, oprechtheid (eerlijkheid) liefde, zelfopoffering.

5. Hoe komt het dat vandalisme bijna altijd in groepsverband gebeurt en niet alleen?
In een groep voel je veiliger en sterker. Bovendien kun je elkaar in een groep ophitsen.

6. Het bureau HALT laat jongeren die betrapt zijn op vandalisme een aantal uren verplichte dienstverlening doen: schade herstellen, bushokjes opknappen graffiti verwijderen, enz (zie krantenknipsel elders in dit blad)
Denk je dat deze jongeren daarna nooit meer zullen vernielen?

De kans is groot, dat jongeren na deze ervaring, niet meer zullen vernielen. Maar uitgesloten is het natuurlijk niet. De aanpak van HALT blijkt echter heel succesvol te zijn.
Jongeren krijgen op deze wijze meer verantwoordelijkheidsgevoel, immers wat je zelf gemaakt hebt, vind je kostbaar.

7. a. Veel jongeren die een keertje drugs proberen, kennen de gevaren. Waarom doen ze het toch?
b. Waarom is het zo gevaarlijk?
c.. Hoe kun jij de verleiding weerstaan?

a. Uit nieuwsgierigheid, om stoer te doen/mee te tellen. Soms ook omdat jongeren problemen hebben die ze willen verdringen door gebruik van alcohol en/of drugs.
b. Het onder invloed zijn (net als bij alcohol). Er lichamelijk maar ook psychisch afhankelijk van worden (verslaving). Vaak leidt het één keer proberen tot regelmatig gebruik.
c. Let op je vriendenkeuze, blijf uit de buurt van dit spul! Vraag de Heere om bewaring. Vraag om een omtuining van je leven.

8. Kun je een paar oorzaken noemen waarom jij ooit zou gaan stelen?

Bijvoorbeeld door overmatige begeerte. Of omdat je veel geld nodig hebt (bv. in geval van verslaving aan gokken, alcohol of drugs). In moeilijke tijden van oorlog en hongersnood kunnen mensen gaan stelen om te overleven. Hier spreekt de Bijbel mild over.

9. a. Welke functie heeft je geweten?
b. Hoe kun je je geweten laten zwijgen?

a. Het geweten wordt mede gevormd door de opvoeding, je geweten waakt over wat goed en kwaad is en "spreekt" op momenten dat je voor keuzes staat.
b. Door het voortdurend te negeren en door te gaan met zondigen. Er treedt verharding op en het geweten wordt dichtgeschroeid.

10. a. Hoeveel tijd besteed je gemiddeld per dag aan het praten met één van je ouders?
b. Vind je dat genoeg of niet?
c. Wat kunnen ouders eraan doen om met hun kinderen in gesprek te blijven?
d. Wat kun jij daaraan doen?
e. Waarom is het belangrijk om goed met je ouders en andere gezinsleden om te gaan?

c. Zorgen dat je er regelmatig als ouders voor je kinderen bent! En als je er bent, ook beschikbaar te zijn voor kinderen. Dus vaders moeten niet altijd achter de krant zitten en moeders druk met van alles en nog wat... Als ouders ook belangstelling tonen voor de dingen uit de leefwereld van de kinderen. Dit begint al als kinderen nog heel jong zijn. Belangrijk is ook een liefdevolle en begripvolle houding
d. Je ook positief en open opstellen naar je ouders toe. Niet altijd maar op je kamer zitten maar zorgen dat er regelmatig gezamenlijke momenten zijn. Je ouders ook betrekken in de dingen waar je mee bezig bent. Kortom het moet ook tussen ouders en kinderen van twee kanten komen.
e. je hebt elkaar nodig, maar vooral de kinderen de ouders. Dan moet je ook in tijden dat er geen problemen zijn al goed met elkaar praten. Bovendien ligt er een goddelijk gebod van het eren van de ouders door de kinderen. Dat eren houdt ook in dat je het gezag en de invloed van je ouders erkent.

11. a. Wat kun je er allemaal aan doen als je het op school niet naar je zin hebt?
b. Wie kunnen je daarbij helpen?

a. Nagaan waar dat aan ligt: aan het schooltype (te hoog of laag niveau, verkeerde richting), aan je medeleerlingen (weinig contact, plagerijen), aan je eigen opstelling (misschien ongemotiveerd - geeft geen voldoening), aan leraren, enzovoorts.
b. Vrienden, schoolleiding, decanen, ouders.

12. Peter waarschuwt onder andere voor verkeerde plaatsen. Kun je enkele plaatsen noemen die hij kan bedoelen? Waarom zijn die plaatsen gevaarlijk?

Plaatsen waar de wereld heerst en waar de verleidingen rond alcohol, drugs, gokken, criminaliteit levensgroot aanwezig zijn. Te denken valt aan bars, discotheken, gokhallen, kermissen, house party's, enzovoorts.

13. Peter wijst in zijn goede raad op psalm 119 vers 9: "Waarmede zal de jongeling zijn pad zuiver houden? Als hij dat houdt naar Uw woord."
a. Zoek in de kanttekening op waarom deze vraag vooral jongeren geldt.
b. Waarom kunnen wij zelf nooit ons pad zuiver houden?
c. Welke weg wijst de Heere ons toch?
d. Welke middelen heb jij om Gods Woord te onderzoeken?

a. Omdat: "de jonge lieden meest geneigd zijn zich te laten afleiden van de rechten weg, door de kwade bewegingen des vleses".
b. Omdat ons hart zondig is en geneigd tot alle kwaad.
c. Om toch onze wegen biddend te richten naar Zijn woord en inzettingen. Gewezen wordt ook op het grote (genade)loon van het houden van Gods wetten (o.a. psalm 19).
d. Het je zetten onder de prediking van het Woord in de kerk. Persoonlijk Schriftonderzoek.. Onderzoek van de Schrift op school en op de vereniging.

14. In Genesis 4 lees je van de eerste moordenaar, Kaïn.
a. Welke klacht uit hij in vers 13 en waarom is dat niet waar?
b. Waarom bleef hij zijn leven lang een teken dragen?
c. Waarom is hij toch als misdadiger gestorven?

o. Dat zijn misdaad te groot is om te worden vergeven. Dat is niet waar omdat er vergeving is voor de grootste der zondaren.
b. Dat teken gaf aan wat hij gedaan had en moest voorkomen dat iemand hem zou doden. We weten niet wat dit teken geweest is maar de betekenis ervan is in Kaïns dagen iedereen bekend geweest.
c. Omdat hij zijn hart verhardde en niet tot oprecht berouw en schuldbelijdenis is gekomen.


Informatie over de Haltbureaus

Afdoening

Haltbureaus (HALT = Het ALTernatief) houden zich bezig met de bestrijding van jeugdcriminaliteit, jongeren van 12 tot 18 jaar worden, als ze door de politie worden aangehouden voor het plegen van vandalisme en (bepaalde vormen van) vermogenscriminaliteit, direct doorverwezen naar een Haltbureau. Daar wordt de jongeren de mogelijkheid geboden de zaak 'weer goed' te maken door de schade te herstellen of vergoeden of door een andere tegenprestatie voor de benadeelde te leveren, bijvoorbeeld werkzaamheden verrichten. Als jongeren met deze Haltprocedure instemmen, bemiddelt Halt tussen jongere en benadeelden en organiseert Halt het werk en ziet toe op eventuele schadebetaling. De officier van justitie dient tevens in te stemmen met de Halt-afdoening, alsmede de ouders. Als de Haltprocedure naar wens verloopt, is de zaak daarmee afgedaan en blijft een aantekening in de justitiële documentatie voor de jongere achterwege. In 1994 zijn meer dan 14.000 jongeren naar Haltbureaus verwezen.

Hoe werkt halt?

Een jongere die naar Halt is verwezen, wordt uitgenodigd voor een gesprek op het Haltbureau. Daar wordt hem of haar uitgelegd hoe Halt precies werkt en wat er van de jongere verwacht wordt. Ook de ouders worden ingelicht. De jongere kan nu nog kiezen om, in plaats van te gaan werken via Halt, toch naar de officier van justitie doorgestuurd te worden. Kiest de jongere voor Halt, dan worden verdere afspraken gemaakt over de strafwerkzaamheden, de schadevergoeding en/of andere opdrachten (zoals verplicht een voorlichtingsvideo bekijken).
De afspraken worden op papier gezet en aan alle partijen ter goedkeuring voorgelegd. Wanneer een jongere jonger dan 16 jaar is, moeten ook de ouders hun schriftelijke goedkeuring aan de Halt-afdoening geven. De werkzaamheden hebben bij voorkeur betrekking op het gepleegde feit zelf.

De jongeren

De meest Haltcliënten zijn schoolgaande jongens van rond de vijftien jaar, die zich schuldig hebben gemaakt aan graffiti, vernieling, baldadigheid, brandstichting en kleine diefstallen. Zo'n 15 tot 20% van de Haltcliënten zijn meisjes. Hun aantal is bij (winkel-)diefstal groter dan bij bijvoorbeeld vernieling.

Haltjongeren behoren niet tot een uitzonderlijke probleemgroep, zoals de zogenaamde randgroepjongeren. Vaak zitten ze nog op school, spijbelen weinig, gebruiken nauwelijks drugs en wonen meestal nog thuis. Wel plegen ze veel meer delicten dan jongeren van een vergelijkbare leeftijdsgroep. Een deel van de Haltcliënten vertoont kenmerken van delinquente jongeren, en heeft slechte prognoses voor toekomstige politiecontacten.

Het effect van de halt-afdoening

'Lik-op-stuk' werkt: vandalen beteren hun leven na alternatieve straf. Justitie lijkt met de Haltprojecten een uitstekend middel in handen te hebben om de jeugdcriminaliteit aan te pakken. In ruim zestig procent van de gevallen is de alternatieve aanpak een probaat middel tegen vandalisme. Dat is de belangrijkste conclusie uit een groot onderzoek dat het Ministerie van justitie heeft laten uitvoeren.

Belangrijke voordelen van de Halt-afdoening zijn:
- een pedagogisch verantwoorde sanctie
- snelle afhandeling: lik-op-stuk
- schadevergoeding aan benadeelde
- buiten-justitiële afdoening: geen registratie van de jongere bij justitie.

Preventie

Naast het organiseren van de Halt-afdoening gaan de Haltbureaus na wat bij jongeren eventuele achtergronden van wetsovertredend gedrag zijn, om zo nodig activiteiten te ondernemen om 'oorzaken' van wetsovertredend gedrag weg te nemen. Ook ondernemen Haltbureaus uiteenlopende preventieve activiteiten, waar onder voorlichting op scholen.

Voorbeeldenquetes


"Jij en criminaliteit" 

1. Heb je wel eens gestolen?                                                                           

a. Ja, vaak
b. Ja, een enkele keer
c. Nee, nooit

2. Heb je wel eens gezien dat iemand iets stal, dronken achter
    het stuur zat of een ander soort misdrijf pleegde?               
             
a. Ja, vaak
b. Ja, een enkele keer
c. Nee, nooit

3. Ben je wel eens het slachtoffer van criminaliteit geweest?
    (b.v. bestolen)                                                                                                 

a. Ja                                                                                                                             
b. Nee


"Jij en vandalisme" 

1. Heb je wel eens een lantaarnpaal uitgetrapt, iets beklad of een
   andere vorm van vandalisme gepleegd?                                              

a. Ja, vaak                                                                                   
b. Ja, soms                                                                                                                                                       
c. Nee, nooit

2. Heb je bij vraag 1 "Ja" ingevuld, noem dan eens wat je zoal
    gedaan hebt.

3. Heb je bij vraag 1 "Ja" ingevuld, was je toen alleen of met
    een groep?
                                                                                                       
a. Alleen                                                                                                                                                                           
b. Met een groep(je)

4. Geef aan waarom je vandalisme gepleegd hebt of waarom niet.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1996

Mivo +14 | 24 Pagina's

Instructieblad voor leidinggevenden bij de MIVO +14 schets

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1996

Mivo +14 | 24 Pagina's