Jeugdwerk jonge kerken

Jeugdwerk jonge Kerken

Ook voor jongeren van de jonge kerken op het zendingsveld is kerkelijk jeugdwerk belangrijk. Er is geen reformatorisch onderwijs en de gezinnen kunnen vaak weinig steun geven aan de kinderen. Voor steeds meer jongeren die met de stad in aanraking komen, dreigt het gevaar in de greep te komen van het materialisme en de wereldgelijkvormigheid. Daarom is het nodig dat ook de jonge kerken op het zendingsveld haar jongeren onderwijzen en ze toerusten voor het leven in een wereld die in het boze ligt. Hoe gebeurt dat? Wat wordt in de jonge kerken op het zendingsveld gedaan aan jeugdwerk? Globaal volgt hier wat informatie van drie zendingsvelden. Daarbij zal blijken dat ieder gebied zijn eigen mogelijkheden en zorgen heeft.

Zuid-Afrika - Bophutatswana

In Bophutatswana zijn negen geïnstitueerde gemeenten met één of meer afdelingen. In alle gemeenten wordt catechisatie gegeven en de meeste gemeenten hebben ook een jeugdvereniging. Net zoals in Nederland zijn de verleidingen talloos. De zuigkracht van allerlei sekten en stromingen is groot. Jongeren kunnen uit en van zichzelf niet staande blijven en hebben toerusting nodig. De heer J. Ouwehand is als enige kerkenwerker van de ZGG werkzaam in Bophutatswana. Vanwege zijn vele taken, onder andere het opleiden van catecheten, kan hij het jeugdwerk nauwelijks ter hand nemen. De kerk probeert de jongeren wel bij de kerk te houden, maar de structuur hiervoor, zowel plaatselijk als regionaal, is zwak. Er zou meer aan jeugdwerk en aan toerusting voor mensen die daaraan leiding geven gedaan kunnen worden.

Nigeria - Izi

Het gebied van de Nigeria Reformed Church (NRC) in Izi-Nigeria is opgedeeld in zeven (jeugdwerk)districten. Elk district omvat een aantal gemeenten, in totaal zijn het er zeventig. Binnen de kerk is er zondagsschoolwerk en jeugdwerk. Zondagsschool is voor kinderen van 1-10 jaar en jeugdwerk voor de leeftijd vanaf 10 jaar.

Districtsbijeenkomsten

Elk district heeft een eigen voorzitter die zitting heeft in het deputaatschap Jeugdzorg van de NRC. Eenmaal in de twee maanden vindt er op zaterdag een jeugddistrictsbijeenkomst plaats. Deze begint om negen uur. Tegenwoordig is de leiding erg streng. Jongelui die te laat of helemaal niet komen, moeten een boete betalen. Als zij helemaal geen geld hebben (want de meeste jongeren zijn echt arm), moeten ze iets van hun bezittingen afgeven, bijvoorbeeld een mes of een mooie halsdoek of een ketting... Op deze 'youth-meetings' wordt een bijbelstudie gedaan, een dogmatisch onderwerp behandeld en een ethische lezing gehouden. Tussendoor wordt er veel en blij gezongen. Na iedere lezing kunnen de jongeren vragen stellen als daar behoefte aan is. Na de afsluiting wordt er gezamenlijk gegeten: heerlijke yam fufu! Om ongeveer twee uur gaan de jongeren weer op huis aan. Op het heetst van de dag lopen ze het hele eind weer terug naar hun eigen dorp. Thuis valt nog veel te doen en de volgende dag is het zondag!

Plaatselijk jeugdwerk

De NRC kent op dit moment nauwelijks plaatselijk jeugdwerk. Het kader ontbreekt nog om daar leiding aan te geven.

Bondsdag

leder jaar wordt er in december een jeugdbondsdag gehouden. Daar komen zo'n 750 jongeren uit alle districten van de NRC naar toe. Op deze dag worden er lezingen gehouden, er wordt veel gezongen, er is een declamatie en er wordt een quiz gehouden die gaat over alle lezingen op de districtbijeenkomsten van dat afgelopen verenigingsjaar.

Nigeriaanse jongeren

Kenmerkend voor de Nigeriaanse jongeren is dat zij nauw betrokken zijn bij activiteiten binnen de kerkelijke gemeente (jong ambtsdrager, zondagsschoolleidinggevende, evangelisatie-activiteiten). Aan bijbelkennis ontbreekt het hen niet direct, omdat op de middelbare school (school van de kerk) godsdienst verplicht is. Echter, het plaatsen van de heilsgeschiedenis in de juiste context is moeilijker. Er zijn ook zorgen met betrekking tot de jeugd als het gaat om het kijken van TV en video in de grote steden, het luisteren naar pop- en gospelmuziek en de (seksuele) omgang met elkaar. Middels het jeugdwerk kan deze levensstijl bespreekbaar worden gemaakt.

Twee fulltime jeugdwerkers in Nigeria

De NRC heeft twee fulltime jeugdwerkers: Ad de Pater (ZGG) en zijn Nigeriaanse collega Jozef Nwibo. Zij begeleiden het jeugdwerk op districtsniveau en proberen jongeren op te leiden om leiding te gaan geven in het jeugdwerk.
Verder zoeken ze naar mogelijkheden om in grotere gemeenten jeugdwerk op plaatselijk niveau op te zetten en bijvoorbeeld één keer per maand een bijeenkomst te beleggen. Ook stellen ze bijbelstudiemateriaal samen en schrijven ze over maatschappelijke en ethische onderwerpen (vriendschap, muziek, abortus). Belangrijk is dat de Nigeriaanse jongeren een bijbels gefundeerde visie ontwikkelen op verschillende aspecten van het leven.
Zie verder een verslag in Daniël, jaargang 51, nr. 17.

Indonesië - Irian Jaya

Het jeugdwerk van de kerk op Irian Jaya, de Gereja Jemaat Protestan Di Irian Jaya (GJPI) in Indonesië, ziet er anders uit dan in Nigeria. Eén van de belangrijkste factoren die het jeugdwerk op Irian beïnvloeden is de natuurlijke omgeving. Het ruige binnenland met de hoge bergen maakt dat het niet eenvoudig is om van de ene post naar de andere te komen. Gelukkig wordt er door de MAF (Mission Aviation Fellowship) in het binnenland gevlogen, maar als je weet dat er maximaal maar vijf passagiers in een Cessna kunnen en dat het vliegen heel duur is, dan is het te begrijpen dat het jeugdwerk op Irian duidelijk zijn begrenzingen kent. Dus voorlopig (!?) geen bondsdagen of zelfs maar districtsbijeenkomsten, maar meer jeugdbijeenkomsten in de eigen kampong of post.

Jeugdverenigingen

Op een aantal plaatsen in het binnenland en aan de kust is er een jeugdvereniging waar jongeren elkaar ontmoeten rond het Woord van God. De meeste jeugdverenigingen hebben een bestuur gekozen, maar vaak vinden er nauwelijks of geen activiteiten plaats, omdat men niet goed weet hoe je het een en ander op moet zetten en aan moet pakken. Vaak wordt er op de vereniging begonnen met zingen, gebed en schriftlezing, waarna een predikant of evangelist een overdenking houdt. Daarna is de bijeenkomst afgelopen. Meestal zijn er veel ouderen. De jongelui vinden hier 'niet zoveel aan', zodat ze liever gaan voetballen of volleyballen. Vooral rond de kerstdagen en op de 'hori GJPI', de dag waarop jaarlijks de zelfstandigwording van de nationale kerk wordt herdacht, zijn er speciale activiteiten voor jongeren. Jongeren luisteren dan naar een bijbelse vertelling of doen gezamenlijk een bijbelstudie. Verder spelen in het programma ook ontmoeting en ontspanning een belangrijke rol.

Deputaatschap Jeugdzorg

De kerk op Irian Jaya heeft een eigen deputaatschap voor jeugdzorg. De leden van het deputaatschap proberen de betrokkenheid bij de jeugdvereniging te vergroten. Onder leiding van jeugdwerkadviseur Barry van der Schoot wordt op iedere post een jeugdwerkcursus georganiseerd. In deze cursus wordt ondermeer uitgelegd wat het doel van kerkelijk jeugdwerk is; hoe je een verenigingsbijeenkomst organiseert, een aantrekkelijk programma samenstelt, wat de taken van een voorzitter, secretaris en penningmeester zijn; hoe je een jaarrooster kunt maken, hoe je een bijbelstudie houdt en nog veel meer onderwerpen.

Jongeren van de GJPI op Irian Jaya

De eerste generatie Irianezen die in de jaren zestig tot bekering kwam (onder andere bij ds. Kuijt), was vaak enthousiast en toegewijd. Hun kinderen, de tweede generatie dus, werden als kind gedoopt of waren in ieder geval van jongs af aan bij de kerk betrokken. Zij beleefden dus niet persoonlijk de overgang van het heidendom naar het christendom of althans minder opzienbarend. Die kinderen van toen zijn de jongeren van nu in de GJPI. Zij leven in een snel veranderende samenleving die veel meer eisen stelt dan vroeger. Daarom gaan jongeren op hun beurt hogere eisen stellen aan de kerk en gaan daarbij de vragen en confrontaties niet uit de weg. Het is dan ook van wezenlijk belang dat de GJPI veel aandacht aan de jeugd besteedt.

Moeilijkheden in het jeugdwerk

Tegen welke moeilijkheden loopt het jeugdwerk binnen de GJPI zoal op?

1. Verschil in opleidingsniveau. Dit kan een kloof veroorzaken tussen jongeren onderling.
2. Tribalisme (sukuisme) komt nog steeds voor: de strijd tussen stammen onderling. Over het algemeen leven de verschillende stammen in vrede, maar op bepaalde momenten kunnen er scherpe conflicten en tegenstellingen ontstaan. Binnen het jeugdwerk ontmoeten jongeren van verschillende stammen elkaar. Met dit gegeven zal in het jeugdwerk rekening gehouden moeten worden.
3. De plaats van de meisjes binnen het jeugdwerk. Een veel gehoorde uitdrukking op Irian is: 'perempuan tidak boleh berdiri di depan lakilaki'. Vrouwen mogen niet voor de mannen staan of een voortrekkersrol vervullen. Op de meeste bijeenkomsten zijn dan ook geen vrouwen en meisjes aanwezig. Toch vormen ook zij de toekomst van de kerk en eens zullen, als de Heere het hen geeft, zij straks de moeders zijn die hun kinderen moeten onderwijzen in de wegen des Heeren.
4. Leeftijdsgrenzen binnen het jeugdwerk: in de jonge kerk kennen ze geen leeftijdsgrenzen. Die variëren van 2 - 45 jaar of nog ouder. Het is moeilijk de bijbelse boodschap op deze doelgroep af te stemmen. Met tact en wijsheid zal hierin verandering moeten komen.
5. Kritiek op houding kerkenraden. Enerzijds vinden de jongeren dat kerkenraadsleden onvoldoende zorg voor hen hebben. Anderzijds is van de kant van de kerkenraadsleden soms sprake van een zekere angst voor jongeren die meer opleiding hebben genoten en daardoor kritische vragen stellen. Dit geeft soms wat spanning.
6. Gebrek aan bijbelkennis. Zowel bij jongeren als bij leidinggevenden in het jeugdwerk ontbreekt het aan parate bijbelkennis. Dit heeft zijn (negatieve) invloed op de inhoud van de jeugdbijeenkomsten. Hieraan zal aandacht worden besteed.
7. Wereldgelijkvormigheid: de jongeren, met name die wegtrekken naar de stad, doen mee met drankgebruik, geldmisbruik en een vrijere omgang tussen jongens en meisjes. Deze jongeren hebben toerusting, liefde en gebed nodig.

Barry van der Schoot, jeugdwerker in Irian Jaya

Het jeugdwerk in Irian kent zo haar eigen specifieke problemen en vraagt dus ook om een geheel eigen aanpak. Een belangrijke vraag hierbij is: 'Hoe kan het jeugdwerk het beste aansluiten bij de plaatselijke cultuur?'
Barry van der Schoot, in dienst van de ZGGXGJPI, probeert hieraan gestalte te geven. Zij is in november 1995 uitgezonden voor een periode van drie jaar. Haar belangrijkste taken zijn: het ontwikkelen van werkmateriaal en het organiseren van kadervormende activiteiten.
* Bij bezinningsmateriaal gaat het om eenvoudige bijbelstudieboekjes met verwerkingsvormen en folders over ethische onderwerpen en het ontwikkelen van werkvormen die aansluiten bij de leeftijd en het niveau van de doelgroep.
* Het leidinggeven aan jongeren vraagt heel wat vaardigheden. Bovendien wordt de Irianese jeugd mondiger en kritischer. Daarom is het belangrijk leidinggevenden in het jeugdwerk door middel van cursussen een handreiking te doen.

Na een periode van oriëntatie kan Barry nu aan het eigenlijke werk beginnen. Naast bovengenoemde taken gaf ze in een rapport dat we onlangs van haar ontvingen de volgende taken nog aan:
- Begeleiding van het deputaatschap Jeugdzorg. Omdat de doelstelling van kerkelijk jeugdwerk bij de leden van het deputaatschap (nog) lang niet altijd duidelijk is, worden er cursussen gegeven die betrekking hebben op allerlei facetten van het jeugdwerk.
- Opleiden en begeleiden van de counterpart (medewerker). Barry heeft een eigen medewerker: Dorus Beyon. Dorus komt uit Landikma en behoort tot de GJPI. Het is de bedoeling dat hij zo snel mogelijk de jeugdwerktaken van Barry leert overnemen.
- Het schrijven van een handleiding voor het jeugdwerk. Het betreft hier doel en werkwijze van het jeugdwerk. Duidelijkheid hieromtrent is heel belangrijk. Tevens kan deze handleiding worden gebruikt als cursusmateriaal.
- Het opstellen van statuten, om het jeugdwerk een volwaardige plaats te geven binnen het geregeld kerkelijk leven van de GJPI. Ook bevordert het de uniformiteit tussen het plaatselijk jeugdwerk.
- Het opstellen van jaarprogramma's. Net als bij ons moeten daarin bijbelse, ethische en dogmatische onderwerpen aan de orde komen. Alle verenigingen houden zich aan het jaarprogramma. Het werkmateriaal wordt daarop afgestemd.
- Lesgeven aan studenten van de bijbelschool. Het is belangrijk hen in een vroeg stadium belangstelling voor en kennis van kerkelijk jeugdwerk bij te brengen, om dat straks op hun post vorm en inhoud te kunnen geven.

Jeugdwerk jonge kerken nodig?

Na het bovenstaande gelezen te hebben, is de vraag of jeugdwerk in de jonge kerken op het zendingsveld nodig is, een overbodige vraag geworden. De jongeren op Irian blijven niet meer vanzelfsprekend bij de kerk. Zeker niet wanneer ze de betrekkelijke beslotenheid van eigen dorp en post inwisselen om te gaan studeren of werken in Wamena, aan de kust of zelfs verder weg. Het zijn met name deze jongeren die met heel wat, voor hen, 'nieuwe' zaken in aanraking komen. Dit geldt ook de jongeren in Afrika. Het gevaar van onder meer materialisme wereldgelijkvormigheid, sekten, dronkenschap, diefstal en seksuele losbandigheid is absoluut niet denkbeeldig. Niet alleen dréigen voornoemde gevaren, maar de jongeren zullen ook, door bijvoorbeeld mede-studenten, kritisch bevraagd worden op zaken zoals dogmatiek en levensstijl. Het is dan goed als jongeren weerbaar zijn en weten wat en hoe te antwoorden. Als zij dan, na afronding van hun studie, weer terug zullen keren naar hun gemeente, zullen zij op constructieve wijze de kerk van morgen kunnen vormen en dienen. Echter niet alleen de jongeren die gaan studeren of werken in de stad hebben begeleiding nodig. Ook zij die voorshands in de eigen kampong blijven wonen, hebben een stuk vorming en toerusting nodig. Het is van zeer groot belang om jongeren meer en meer te betrekken bij het kerkelijk leven, het verbeteren van bijbelkennis, het samen leren nadenken en praten over allerlei ethische zaken zodat zij gevormd en toegerust worden om staande te blijven in een samenleving die langzamerhand veel van haar isolement verloren heeft.
'Opdat de mens Gods volmaakt zij, tot alle goed werk volmaaktelijk toegerust' (2 Timotheüs 3: 17).
Het is en blijft in de eerste plaats de taak van de ouders en/of opvoeders om jongeren te begeleiden naar de volwassenheid en de taak die ze in de kerk en maatschappij zullen gaan innemen, hoewel deze taak lang niet altijd als zodanig verstaan wordt. Maar de ouders mogen bij deze taak de hulp van de kerk inroepen. De zorg voor de kinderen en jongeren, in Nederland en op het zendingsveld is de zorg van de kerk. Daarom is het goed er op de club een keer aandacht aan te besteden middels deze Mivo-schets en het ledenboekje.

Correspondentie

De jongeren in Izi stellen post uit Nederland op prijs. Het adres is:
Youth Ministry Nigeria Reformed Church
P.O. Box 538
Abakaliki
Ebonyi State
Nigeria

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen