Jerobeam en zijn zoon
1 Koningen 11
De afgoderij van koning Salomo
Astoreth, de god der Sidoniërs - Astoreth is de voornaamste vrouwelijke godheid van de Phoeniciërs. De gebruiken bij haar dienst zijn zeer walgelijk.
Milchom - Deze afgod wordt ook wel Molech of Moloch genoemd. Hij is de vuurgod van het Oosten. Volgens de Joodse overlevering is de afgod van koper en zit op een troon. Troon en beeld zijn hol en kunnen vuur bevatten. Een vorm van verering is het slachtoffer te plaatsen in de uitgestrekte armen van de afgod, opdat het door vuur verteerd zou worden. Het gekerm van het slachtoffer werd overstemd door het slaan op de pauken en trommen. (Jeremia 7: 31; Deuterohomium 12: 31).
Kamos - Dit is de nationale god van de Moabieten.
Een hoogte - Dit is een heiligdom waar in het openbaar offers aan de afgod worden gebracht. (Leviticus 26). De heidenen hebben hun offerplaatsen gewoonlijk op hoogten, op heuvels en bergen. Ze denken dan dichter bij hun god te zijn, zodat hij hen beter kan zien en horen. Israël neemt die heidense gewoonte over.
Een of twee stammen
Bij de scheiding van het land wordt in de Bijbel soms over een stam, soms over Juda en Benjamin gesproken. Met Benjamin wordt een gedeelte van de stam van Benjamin bedoeld dat aan Juda grensde en mensen uit de andere stammen die in Juda woonden.
1 Koningen 12
Opstand
Een deel van het volk komt in opstand tegen hun wettige koning Rehabeam. Daartoe hebben ze niet het recht. Ruim een eeuw geleden hadden ze alle bezwaren van het koningschap weggewuifd. Zelfs van de dreiging van Samuël waren ze niet onder de indruk (1 Samuël 8: 18). Ze roepen hier niet tot God, maar breken eigenmachtig met het door God gegeven koningshuis. De geschiedenis laat zien dat hier geen zegen op rust en dat het snel bergafwaarts gaat met de tien stammen (Hosea 8: 4).
De zonde van Jerobeam
Met de zonde van Jerobeam wordt de gouden kalverendienst bedoeld. Mogelijk waren de kalveren nabootsingen van stiergoden, die door de Egyptenaren werden aangebeden. Ook Jerobeams opvatting van het priesterambt was naar Egyptisch voorbeeld. Jerobeam voert officieel de beeldendienst in. Dit is een overtreding van het tweede gebod. De kalveren zijn bedoeld als drager van God, Die onzichtbaar op hen troont, zoals op de ark in de tempel. Maar binnen de kortste keren treedt er een vereenzelviging op van drager én God en wordt het kalf zélf vereerd. Israël valt terug in het heidendom. De zonde van Jerobeam is een eigenwillige godsdienst. God wil naar Zijn gegeven inzettingen gediend worden. Jerobeam stelt ook een godsdienst in naar zijn eigen goeddunken. Op alle menselijk bedachte godsdienst, hoe vroom ook, rust de toorn van God (artikel 29 NGB).
1 Koningen 14
Begrafenis
Niet begraven worden, gold als een schande in Israël. Iemands lichaam begraven is de laatste eer die we hem kunnen bewijzen. Voor de gelovigen is het begraven een teken van hoop op de opstanding der doden.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 oktober 1997
Mivo +12 | 51 Pagina's
