Waar komt het gokken vandaan?
Gokken is al heel oud. Op oude schilderingen zijn afbeeldingen te zien van goden en mensen die gokken door het opwerpen van schapen- of hondenbotjes. Deze werden gebruikt door de Grieken en Romeinen en ze komen nog steeds voor bij Arabische en Amerikaans-Indiaanse stammen. De dobbelsteen was al bekend bij Germanen en Batavieren, als middel om de toekomst te voorspellen en om te gokken. In de twaalfde eeuw werd er al gekaart in China. Vanuit China heeft het kaartspel zich verspreid over de rest van de wereld. In de achttiende eeuw werd roulette populair onder de welgestelden van die tijd. Het verhaal gaat dat de hertog van Sandwich zo verslaafd was aan het spel, dat hij niet naar huis ging om te eten, maar zijn bediende brood met iets daartussen liet brengen. Aan hem danken we de naam van onze 'sandwich'. In Nederland werd roulette pas officieel toegestaan bij de opening van het eerste casino in Zandvoort in 1976.
De eerste paardenraces vonden in de zestiende eeuw plaats. En het is waarschijnlijk dat daar niet alleen naar de schoonheid van de paarden werd gekeken. Zelfs ten tijde van de Romeinen werd er al op paarden gewed.
De gokautomaat met de drie draaiende rollen werd in 1905 bedacht door Charles Fey. En in 1928 volgde de uitvinding van de 'Jackpot' (de 'pot', waar het verloren geld in komt): op die manier kon je het verloren geld van je voorganger terugwinnen. De kasten, die toen nog met een hendel in plaats van met een knop bediend werden, kregen al gauw de bijnaam: eenarmige bandiet. Hij roofde immers het geld uit je zak.
De eerste automatenhal in Nederland werd geopend in 1960 in Amsterdam. Uitbetaling was toen nog niet toegestaan (dat mocht pas in 1987), hoewel het in de praktijk wel steeds meer gebeurde. In de zeventiger jaren kon je de fruitautomaten ook steeds meer tegenkomen in café's en snackbars.
Praten over gevaren tegen gokken
In de Bijbel staat niet rechtsstreeks dat je niet mag gokken. Toch zijn er bijbelse motieven aan te dragen. Wat zou iemand die verslaafd is aan het gokken vinden van de volgende argumenten?
1. Gij zult niet stelen.
Iemand die gokt, hoopt dat hij wint. Hij wil graag meer geld hebben. Geldgierigheid is de wortel van het kwaad. Een gokker kan geld lenen om verder te gokken. Als hij geen geld kan lenen, kan hij gaan stelen. Als het ontdekt wordt, kan hij geweld gebruiken...
2. Leid ons niet in verzoeking.
Gokken geeft spanning. Als je wint heb je een fijn gevoel, een kick. Dat gevoel wil een gokker steeds weer oproepen. Iemand die verslaafd is aan gokken, heeft er steeds meer voor over om dat gevoel te krijgen. Zijn hele leven is er op gericht. Aan andere (belangrijker) dingen kan hij niet meer denken. De gokkast is zijn baas...
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994
Mivo +12 | 32 Pagina's