JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

't Verbond met Abraham......Zijn vriend

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

't Verbond met Abraham......Zijn vriend

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Abram was in het land Kanaän door de Heere rijk gezegend. Hij leefde in voorspoed en had veel schapen, runderen, ezels, goud en sieraden. Ook had hij veel knechten in dienst, maar... hij had geen zoon. Daar had hij wel eens treurige gedachten over.
Dan verschijnt op een dag de Heere in een gezicht aan Abram. Vreest niet, Abram, zegt de Heere, Ik ben u een schild tegen uw vijanden, maar ook tegen uw eigen treurige gedachten. Ik ben uw loon, heeft u aan Mij niet genoeg? Dan gaat Abraham zijn hart uitstorten. Hij heeft verdriet omdat hij geen kinderen heeft en moet nu Eliëzer zijn knecht alles erven? Abram is niet ongeduldig aan het mopperen, maar vraagt om wijsheid in deze zaak. De Heere gaat Abraham bemoedigen en leidt hem in de geest buiten de tent. Kijk eens naar de hemel, Abram, en tel de sterren als u ze tellen kunt. Zonder antwoord af te wachten, voegt de Heere er aan toe: zo ontelbaar veel zal uw zaad zijn. Hiermee zijn Abrams twijfels en zorgen weg, want Abram gelooft onvoorwaardelijk in Gods almacht. De God die hem uit Ur der Chaldeeën riep, zal hem een zoon geven. Toch vraagt hij om een teken tot versterking van zijn geloof. Abram krijgt het bevel om een offer klaar te maken. Hij neemt een volwassen vaars, een geit en een ram een éénjarige tortelduif en een jonge duif. De dieren deelt hij middendoor, behalve de duiven, en legt de delen tegenover elkaar. De roofvogels die op het vlees afkomen, jaagt hij telkens weg. De hele dag waakt Abram in afwachting van de Heere. Dan valt hij in een diepe slaap. Met grote schrik wordt hij wakker in diepe duisternis en dan is de Heere er weer. Abram, zegt Hij, uw volk zal eenmaal in een vreemd land komen, daar zal het 400 jaar verdrukt worden, maar Ik zal hen redden en hen laten trekken naar hun land. U zult dat niet meemaken, want u zult in rust en vrede sterven. Hierna ziet Abram in de geest weer die gedeelde offerdieren voor zich. Een vuurgloed gaat tussen de geslachte dieren langzaam vooruit. Hij ziet vlammen als van een fakkel, hij ziet rook als van een brandende oven. Dit is het teken van Gods tegenwoordigheid. Hij gaat tussen de dieren door. Zo maakt de Heere Zijn verbond met Abram en zweert: 'Uw zaad zal Ik dit land geven!'


In deze geschiedenis openbaart Zich de Heere als de Jehovah, de Ik zal zijn Die Ik zijn zal. Dat is de verbondsnaam van God, die wijst op Gods trouw. Deze naam wordt overal in de Bijbel vertaald met HEERE.


Je bent gedoopt!

In het paradijs heeft Adam het werkverbond met de Heere verbroken. De zaligheid en het eeuwige leven heeft hij door eigen schuld verzondigd. Toen vertelde de Heere voor het eerst over het genadeverbond. De Heere Jezus zal komen en wel gehoorzaam zijn. Eeuwen later ging de Heere met Abram en zijn nakomelingen dat verbond nog eens vernieuwen. Zijn familie zou het verbondsvolk van God zijn. De Heere gaf hen Zijn zegen en beloften. Als teken daarvan werd de besnijdenis ingesteld. De kerk van nu is het beeld van Israël toen. Het teken van het verbond is nu de heilige doop waarin God Zijn kerk de zaligheid en het eeuwige leven belooft. Verdienen kunnen ze dat niet, maar ze krijgen het uit genade door het geloof. Ook jij bent gedoopt! Wat heeft jou dat te zeggen?


Weet jij het?

* Abram heeft al de beloften van God gelovig aangenomen. Wat zegt Gods Woord daarover in Rom. 4: 18-21 en Hebr. 11: 8-19?
A. Abram vroeg om een teken tot versterking van zijn geloof. Wie vroegen dat nog meer? (Richt. 6: 36, 2 Kon. 8, Lukas 1: 34).
B. Wie vroeg het op een ongelovige manier? (Lukas 1: 18-20).
C. Wie weigerde het teken? (Jes. 7: 12).
* Welke twee partijen sloten een verbond?
- Gen. 15: 7-21 de Heere - Abram
- Gen. 9: 11-13
- Gen. 31: 44
- Joz. 9: 6, 11
- 1 Sam. 20: 8

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 1990

Mivo +12 | 24 Pagina's

't Verbond met Abraham......Zijn vriend

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 1990

Mivo +12 | 24 Pagina's