Het koninklijk bruiloftsmaal
Gedicht
Een koning maakte voor zijn zoon
een heerlijk bruiloftsmaal
Hij riep zijn knechten en hij zei:
"Gaan jullie allemaal
de gasten noden voor het feest, want alles is bereid".
Maar wat de knechten hoorden, was:
"Het spijt me, 'k heb geen tijd".
Toen werd de koning boos en zei:
"Ga, haal ze van de straat.
Ik wil dat ieder, rijk of arm, vanavond binnen gaat".
De bruiloftszaal was weldra vol.
Elk kreeg een feest'lijk kleed.
Zij zetten zich aan tafel, want de maaltijd was gereed.
Zou jij daar ook niet willen zijn?
Of zeg je, net als zij
die weigerden: "Het spijt me Heer', maar reken niet op mij".
Toen kwam de koning in de zaal en daad'lijk zag hij dat er één was die het bruiloftskleed niet aangetrokken had.
"Vriend", vroeg de koning, "waarom heb je 't bruiloftskleed niet aan?
Hoe durf je in je vuile goed aan deze tafel gaan?
Hij wist geen antwoord op die vraag.
Toen werd hij weggebracht, uit het feestelijk verlicht paleis in duistere, zwarte nacht.
Zul jij het bruidskleed weigeren en eeuwig buiten staan, terwijl je ziet dat anderen de hemel binnen gaan?
Excuses?
In de gelijkenis hadden de genodigden allerlei excuses om niet naar de bruiloft te komen. Wat voor excuses worden er tegenwoordig gemaakt om niet naar de Heere en Zijn Woord te luisteren?
1
2
3
4
5
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987
Mivo +12 | 28 Pagina's