Een gast zonder bruiloftskleed
Toen de bruiloftsgasten in het paleis waren, mochten zij in één van de vele kamers hun oude, vuile kleren verwisselen voor prachtige, nieuwe gewaden. Zo wilde de koning het graag. Maar er was één man die zich niet wilde verkleden. De koning moest maar genoegen met hem nemen zoals hij was. Toen alle gasten binnen waren, kwam ook de koning. Al gauw viel zijn blik op de man zonder bruiloftskleed. Toen de koning hem vroeg waarom hij geen nieuw kleed had aangetrokken, wist de man niets meer te zeggen. Hij verstomde. Toen werd hij, in opdracht van de koning, geworpen in de buitenste duisternis.
Zo leren we uit deze gelijkenis dat veel mensen geroepen worden tot de bruiloft van de koning, uit vrije genade. Je mag komen zoals je bent, maar je mag niet zo blijven. Nodig is dat het feestkleed der gerechtigheid wordt aangetrokken.
Wat wordt daar nu mee bedoeld?
Stel je voor: je wordt uitgenodigd om op een deftig feest te komen. Maar je hebt alleen maar vieze en gescheurde kleren.
Zo kun je daar niet komen. Je hebt mooie kleren nodig. Als die kleren je worden aangedaan, dan kun je naar het feest. Zo is het ook in het geestelijke.
Om in de hemel te komen, moeten je zonden vergeven worden. De zonden worden voorgesteld met je vuile en gescheurde kleren. De Heere Jezus kan je zonden vergeven. Om bij het beeld te blijven; je krijgt dan nieuwe kleren. Dat is het kleed der gerechtigheid.
En nu is de grote vraag: Heeft de Heere jou dat kleed der gerechtigheid al aangedaan?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987
Mivo +12 | 28 Pagina's