Gods Trouw
Het oude bondsvolk, dat Gij hebt geleid met liefde door Uw wondervolle wegen, omdat Gij Abraham hadt toegezeid "Ik zal u stellen tot een rijke zegen", heeft door Uw trouw de schone woon verkregen: het land, dat rijk van melk en honing vloeit, op tijd bezocht met vroeg' en spade regen, dat smachtend kruid weldadig werd besproeid.
Hun tegenstanders werden uitgeroeid, want tegen U geen ijzren wagens baten; hun dode goden zijn door U verfoeid.
Toch heeft Uw volk (hoe snood en hoe verwaten! geknield voor hout en steen en U verlaten.
Gij heft het evenwel niet prijs gegeven, maar hen bemind, die door hun werk U haatten: Gij zijt altoos dezelfde God gebleven.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1986
Mivo -16 | 50 Pagina's