JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Bevrijding

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bevrijding

Overzicht van de stof

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Psalm 77 (+12)

Asaf is het hoofd van een zangersgeslacht uit de Levieten in de tijd van David. De psalmen 50 en 73 t/m 83 zijn volgens het opschrift psalmen van Asaf. Als er staat "een psalm van Asaf", wil dat nog niet zeggen, dat Asaf die psalm ook zelf gedicht heeft. Het kan ook zijn, dat de psalm hem ter hand is gesteld om in de tabernakel gezongen te worden. In ieder geval is de dag waarop deze 77e psalm gedicht is voor de dichter een heel moeilijke dag. Hij zit in diepe duisternis. Hij heeft weinig vertrouwen op God. Zijn hoop op ontferming is bijna vergaan (vers 8 t/m 10).
Maar dan, in deze moedeloosheid grijpt hij naar één houvast: naar Gods hand in de geschiedenis: "ik zal de daden des Heeren gedenken". Daar put hij in bange tijd troost uit. In plaats van bitt're klacht, spreekt hij daarvan dag en nacht.

Exodus 14: 23 - 31 (-12)

Het volk Israël heeft Egypte verlaten en is door de Rode Zee getrokken. Maar waar zijn nu de Egyptenaren gebleven, die hen achtervolgden? Die zijn toch ook op het pad door de Rode Zee gegaan? Maar de Heere ziet op het leger van de Egyptenaren en verschrikt het. Als de morgen aanbreekt, keert de zee tot haar plaats terug. De Egyptenaren zijn ingesloten. Er is geen ont komen aan: Er blijft er niet één over. "Zo verloste de Heere Israël".

De bevrijding van Nederland in 1945

Op 5 mei herdenken we dat ons land 35 jaar geleden is bevrijd na vijf jaar onderdrukking. We mogen ook nu wel zeggen "Ik zal de daden des Heeren gedenken" of "Alzo verloste de Heere Nederland". Willen we de betekenis van de bevrijding goed begrijpen, dan moeten we weten wat er in die vijf jaar zoal gebeurd is.

Hoe het begon

In 1933 kwam in Duitsland Adolf Hitler aan de macht. Onder zijn leiding viel Duitsland in september 1939 Polen aan. Bij het uitbreken van deze oorlog mobiliseerde de Nederlandse regering het leger en de vloot. Onze strijdkrachten beschikten echter niet over voldoende moderne wapens. Verder nam de regering maatregelen om de voedselvoorziening te waarborgen. In de vroege morgen van 10 mei 1945 trokken sterke Duitse eenheden over onze grenzen. Tegelijkertijd kwamen op enkele strategische punten parachutisten neer. Bij de IJssel en de Maas doorbraken de Duitsers de Nederlandse linies en ons leger trok zich terug achter de verdedigingslijn.
Bij de Grebbeberg en de Afsluitdijk werd hevig gevochten. De overval van parachutisten op de bruggen in Rotterdam mislukte, dankzij het optreden van de mariniers. Om de tegenstand te breken werd Rotterdam op 14 mei gebombardeerd. Het centrum van de stad werd voor een groot deel verwoest. Generaal Winkelman, de opperbevelhebber van het Nederlandse leger, kon niet anders dan capituleren, omdat bij een voortzetting van de strijd andere steden hetzelfde lot zou wachten.
Op 12 mei week prinses Juliana met haar kinderen naar Engeland uit. Koningin Wilhelmina volgde haar een dag later.

De bezetting

Als vertegenwoordiger van de Duitse regering werd in ons land een rijkscommissaris aangesteld: de Oostenrijker Seyss-Inquart. Hij verbood alle partijen in Nederland op één na: de NSB, onder leiding van Mussert. Veel NSB-ers werden benoemd op belangrijke posten. Op alle terreinen van het leven werd ons land afhankelijk van Duitsland: de handel kwam stil te liggen en de industrie moest door gebrek aan grondstoffen de productie vrijwel staken. Slechts enkele bedrijven, die voor de Duitse oorlogsindustrie werkten, hadden werk genoeg. Onze landbouwproducten werden naar Duitsland weggevoerd en er ontstond spoedig gebrek aan levensmiddelen. Daarom ging er veel voedsel "op de bon" (distributiestelsel) .

De Jodenvervolging

Bij de komst van de Duitsers in ons land woonden hier ongeveer 140.000 Joden, waaronder 25.000 van Duitse afkomst, die naar ons land waren gevlucht nadat Hitier in hun land aan de macht was gekomen.
Al spoedig na hun komst namen de Duitsers een aantal maatregelen met het doel deze Joodse landgenoten uit te roeien. Er werden allerlei verbodsbepalingen uitgevaardigd: het werd de Joden verboden schouwburgen en concerten te bezoeken, parken en plantsoenen te betreden, van bepaalde winkels gebruik te maken, terwijl de Joodse winkels slechts enkele uren per dag geopend mochten zijn. Openbare functies mochten Joden niet langer bekleden. Als herkenningsteken moesten ze een Davidsster dragen.
In de loop van 1941 begonnen de wegvoeringen. Als doorgangskamp werd het in Drenthe gelegen Westerbork ingericht. Een regelmatige stroom van weggevoerde Joden bevolkte dit afgelegen kamp. Week in week uit reden treinen het kamp binnen om de Joden naar het oosten weg te voeren. Onder vaak erbarmelijke omstandigheden werden ze in goederenwagons naar de vernietigingskampen Auswitz en Treblinka gebracht, waar hen een zekere dood wachtte in de gaskamers.

Het verzet

Naarmate de maatregelen van de Duitsers strenger werden, nam het verzet toe. Het eerste openlijke verzet ontstond in het begin van 1941 , toen de Amsterdamse bevolking opkwam voor de rechten van Joodse stadsgenoten (februaristaking). Overal in ons land werden verzetsgroepen gevormd. Veel verzetsstrijders kwamen in concentratiekampen terecht. Velen werden gefusilleerd. Toch bleef het verzet bestaan, ja het nam toe. Illegale bladen werden uitgegeven: Trouw, Vrij Nederland, Het Parool. Toen de Duitsers begonnen met het oproepen van jongens en mannen voor de tewerkstelling in Duitsland, doken velen onder. Door beroving van distributiekantoren werden deze onderduikers weer van levensmiddelen voorzien. De verzetsgroepen hielpen bovendien zoveel mogelijk neergeschoten vliegers van bondgenoten onderduiken of vluchten.

De invasie/de hongerwinter

Op 6 juni 1944 landden sterke legerafdelingen onder dekking vanuit de lucht en vanaf de zee in Normandië in Frankrijk. De geallieerde troepen braken door tot het zuiden van ons land. Op 5 september 1944 (dolle dinsdag) kwam het bericht dat Breda bevrijd was. Veel NSB-ers namen de vlucht. De verwachting snel bevrijd te zijn, werd de bodem ingeslagen. Engelse en Canadese troepen slaagden er niet in het gebied ten noorden van de grote rivieren te veroveren. Het Engelse luchtlandingsleger moest zich na 10 dagen van hevige gevechten terugtrekken. In deze strijd legden de Duitsers alle vervoer van levensmiddelen stil en de honger deed zijn intrede, vooral in het westen van het land. Lange kolonnes stadsbewoners trokken op hongertochten naar het platteland om toch nog iets te kunnen bemachtigen. Duizenden stierven door gebrek aan voedsel.

De bevrijding

In maart 1945 heropenden de geallieerden de aanvallen. Vanuit Duitsland werden de westelijke provincies bevrijd. In de loop van april werden Groningen en Friesland bezet en rukten de legers op naar de Grebbelinie.
Door de regering van ons land, die in Londen zetelde, werden in ons land enkele vertrouwensmannen aangewezen, die contact met de Duitsers moesten opnemen met het doel grotere verwoesting en meer bloedvergieten te voorkomen.
De geallieerden beloofden niet verder op te rukken als de Duitsers zich van gewelddaden zouden onthouden. In de overeenkomst werd ook opgenomen de mogelijkheid om de bevolking van het westen door de lucht en over het land van voedsel te voorzien.
De oorlog was nu vrijwel beslist. Na de dood van Hitler spatte de Duitse tegenstand uiteen en de verspreide Duitse legertroepen capituleerden.
Op 5 mei 1945 werd in hotel "De Wereld" in Wageningen de capitulatie van de Duitse legers in Nederland ondertekend ten overstaan van de bevelhebber van de Canadese troepen, in tegenwoordigheid van prins Bernhard.

5 mei 1980

Op 5 mei 1980 herdenken we dat de Heere, 35 jaar geleden, ons land bevrijd heeft uit de hand van de Duitse bezetter. Laten we dankbaar zijn dat we die vrijheid mogen bezitten. We mogen in vrijheid naar de kerk gaan, de catechisatie en de club bezoeken, de Bijbel lezen. We hebben onze christelijke scholen en kranten. En zo kun je nog meer noemen waaraan je kunt zien dat we in een vrij land wonen. Laten we dankbaar voor onze vrijheid zijn. Hoe graag zouden veel mensen in communistische landen iets van onze vrijheid willen hebben.
Maar, vergeten we niet dikwijls welke wonderen de Heere gedaan heeft in de geschiedenis? Dat is ondankbaar. Ondankbaarheid tegen de Heere die ons vrijheid geeft, terwijl wij niet ophouden tegen Hem te zondigen. Wij mogen in vrijheid de Heere dienen. Maar doen we dat? We kunnen nu wel denken in een vrij land te wonen, toch zijn we van nature niet vrij. Ons hart is namelijk bezet gebied. Bezet door de satan. We zijn slaven van de satan en de zonde en we hebben verdiend dat de Heere ons zo altijd gebonden laat.
Gelukkig is er Iemand Die ons vrij kan maken. Dat is de Heere Jezus. Omdat Hij Zich onschuldig heeft laten binden en kruisigen, kan Hij ons vrijmaken, dan pas ben je echt vrij. "Indien de Zoon u zal vrijgemaakt hebben, zo zult gij waarlijk vrij zijn", Joh. 8: 36.
Heb jij al leren zien dat het nodig is die echte vrijheid te verkrijgen?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 april 1980

Mivo -16 | 32 Pagina's

Bevrijding

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 april 1980

Mivo -16 | 32 Pagina's