JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Aantekeningen bij de tekst

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Aantekeningen bij de tekst

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

Uitgangspunt: Lucas 5: 27-32

Vergelijk: Mattheüs 9: 9-13 en Marcus 2: 14-17

vers 27: na deze: Nadat de Heere Jezus de verlamde man had gered, die door zijn vier vrienden door het dak was neergelaten voor Jezus' voeten.

ging Hij uit: Christus verliet Kapernaüm en liep naar het Meer van Galilea.

(Marcus 2: 13: En Hij ging wederom uit naar de zee.)

tollenaar: Zit achtergrondinformatie.

Levi: In Lucas en Marcus wordt gesproken over Levi. Deze naam wordt daarna niet meer gebruikt. In de beschrijving van de roeping in Mattheüs 9: 9 wordt de naam Mattheüs gebruikt. Deze laatste naam betekent: Geschenk van de HEERE (Jahweh). Of Levi pas later de naam Mattheüs heeft gekregen, of dat hij al eerder twee namen droeg, is niet te zeggen.

zitten in het tolhuis: Levi was waarschijnlijk "slechts" een beambte en niet de tolpachter zelf (zie verder achtergrondinformatie).

Volg Mij: Levi wordt hier geroepen tot het leven. Hij wordt ook geroepen tot discipel van de Heere Jezus.

vers 28: alles verlatende: Levi verliet het tolhuis, om de Heere Jezus te volgen. Dat betekentniet, dat hij niet later orde op zaken heeft gesteld, om het werk af te ronden en over te dragen.

vers 29: een grote maaltijd: Het blijkt niet uit de tekst, wanneer deze maaltijd precies geweest is. Het zal niet zo lang daarna geweest zijn.

anderen: In de beschrijvingen van Mattheüs en Marcus wordt hier het woord zondaren gebruikt. De uitdrukking "tollenaren en zondaren" was een gangbare zegswijze.

vers 30: murmureerden: Zij waren wrevelig en uitten hun ontevredenheid.

tegen Zijn discipelen: Waarschijnlijk durfden de Farizeeën en Schriftgeleerden het niet aan, deze vraag aan Jezus Zelf te stellen.

Waarom eet en drinkt Gij: In Mattheüs 9: 11 staat: Waarom eet uw Meester. In Marcus 2: 16 wordt slechts gesproken over Hij. De afkeuring blijkt duidelijk uit deze manier van spreken. Waarschijnlijk hebben de Schriftgeleerden en Farizeeën deze vraag gesteld, toen het gezelschap het huis van Levi verliet.

vers 31: en Jezus, antwoordende: Het blijkt, dat Christus dichtbij was, zodat Hij de vraag gehoord had. Voordat de discipelen, die misschien wel met de vraag verlegen waren, iets hoefden te zeggen, geeft Hij Zelf antwoord in hun plaats. Het gaat hier immers om het hart van Zijn werk, om het doel van Zijn komst, zoals blijkt uit het vervolg. die gezond zijn, en verder, samen met vers 32: Zie achtergrondinformatie.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 augustus 1998

Mivo -12 | 34 Pagina's

Aantekeningen bij de tekst

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 augustus 1998

Mivo -12 | 34 Pagina's