JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

De roeping van de eerste discipelen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De roeping van de eerste discipelen

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kerntekst: Johannes 1:47: "... Kom en zie".

Als er in Israël een koning op bezoek kwam, ging er een wegbereider voor hem uit. Die moest zorgen dat alle mensen zouden weten dat de koning er aan kwam. Alles moest gereed zijn!

Zo was er ook iemand die voor de Heere Jezus uit ging. Dat was Johannes, de zoon van Zacharias en Elisabeth. Johannes vertelde de mensen dat de Heere Jezus nu snel zou komen. "Bekeer u, want het koninkrijk der hemelen is nabij gekomen", zei hij. Hij preekte vaak aan de oevers van de Jordaan. Ook werden er dan mensen door hem in de Jordaan gedoopt.

Op een dag preekt Johannes weer bij de rivier de Jordaan. Er zijn twee van zijn discipelen bij hem. Dan ziet Johannes de Heere Jezus langs de rivier wandelen. "Kijk daar", zegt hij, terwijl hij wijst, "zie het Lam Gods". Johannes bedoelt dat de Heere, net als een lam, zou lijden en sterven, maar dan voor de zonden. Veel mensen denken dat ze geen zonden hebben. Zij hebben de Heere Jezus niet nodig. Heb jij al geleerd dat je elke dag zoveel verkeerde dingen doet of bedenkt? Kun jij nog zonder de Heere Jezus leven, zonder Zijn vergeving? Die twee discipelen van Johannes niet. Als ze horen dat dat de Messias is... dan willen ze naar Hèm toe! Ze verlangen naar Hem, maar ze durven niets tegen Hem te zeggen. Ze lopen gewoon achter hem aan. Ze volgen Hem.

Gelukkig dat de Heere alles weet. Hij weet dat die twee zo graag met Hem willen spreken, maar het niet durven. Hij weet het ook als wij naar hem zoeken. Dan laat Hij zich óók vinden! De Heere keert Zich om en vraagt aan hen: "Wat zoekt gij?" Ze zeggen :"Rabbi, Meester, waar logeert U?". Dan zegt de Heere: "Kom maar mee, dan zult u het zien". Dat is een heerlijk antwoord. Ze mogen met de Heere Jezus mee, naar het huis waar Hij was. Ze blijven de rest van de dag bij Hem. Wat zullen ze veel aan de Heere gevraagd hebben! Nu mogen ze Hem alles zeggen wat er in hun hart leeft. Wil jij dat ook wel eens? Dan mag je bidden, dat hoort de Heere ook! Zo leerden die twee mannen de Zaligmaker kennen. Nu willen ze graag Zijn discipelen zijn! Eén van die twee discipelen is Andreas.

Andreas is zó dankbaar dat de Verlosser gekomen is, waarvan al gesproken is. En dat hij Hem nu kent! Hij denkt aan zijn broer Simon. Simon heeft toch ook de Heere nodig. Simon moet Hem ook leren kennen! Andreas gaat snel naar hem toe en zegt: "Wij hebben de Messias gevonden". Hij brengt Simon naar de Heere Jezus toe. Als iemand de Heere Jezus gevonden heeft, wil hij ook dat anderen hem leren kennen. Breng jij je vrienden en vriendinnen weieens mee naar de kerk en naar de club? Als de Heere Jezus Simon voor Zich ziet staan kijkt Hij hem aan. Het lijkt net of Hij hem al lang kent. "Gij zijt Simon, uw vader is Jonas", zegt Hij. "Eenmaal zult u Petrus genoemd worden, dat betekent Rots". De Heere weet alles! Dat maakt diepe indruk op Simon. Andreas heeft gelijk. Nu mag Simon ook geloven dat de Heere Jezus de Zoon van God, de beloofde Zaligmaker is. De volgende dag wil de Heere Jezus weer op reis. Weer terug naar Galilea, waar Zijn familie woont. Maar dan ziet de Heere Filippus. Andreas en Simon Petrus hadden waarschijnlijk al aan Filippus over de Heere Jezus verteld. Ze kenden Filippus.

Hij komt ook uit Bethsaida, net als Simon en Andreas. Als de Heere Jezus voor Filippus staat, zegt Hij: "Volg Mij". De Heere kent Filippus, net als Hij Simon Petrus kent. Hij weet dat ook Filippus naar de komst van de Zaligmaker verlangt. Hij zegt: "Volg Mij". En Filippus gehoorzaamt de Heere meteen. Die twee woorden van de Heere zijn genoeg voor Filippus. Hij wil graag Zijn discipel zijn. Voortaan zal hij de Heere Jezus volgen. Weet je dat de Heere Jezus ook tegen ons al zo vaak gezegd heeft: "Volg Mij"? Iedere keer als er uit de Bijbel gelezen of verteld wordt. Iedere zondag, als de dominee preekt, dan zegt de Heere: "Mijn zoon, Mijn dochter, geef Mij je hart". Hij wil dat wij onze zonden voor Hem belijden en Hem om vergeving vragen. Dat we Hem volgen. Filippus had maar twéé woorden nodig. En jij? Hoeveel woorden heeft de Heere Jezus al tot jou gesproken? Filippus kan over zijn geluk niet zwijgen. Kort daarna ontmoet hij zijn vriend Nathanaël. Nathanaël wordt ook wel Bartholomeüs genoemd. Filippus zegt: "Wij hebben Hem gevonden over wie Mozes en de profeten gesproken hebben. Het is Jezus, de zoon van Jozef, uit Nazareth". Maar, Nathanaël kijkt hem verwonderd en ongelovig aan. Hij zegt: "Kan uit Nazareth iets goeds komen?" Nazareth is maar zo'n klein, veracht plaatsje. Zal daar de Zaligmaker vandaan komen? Nathanaël heeft wel gelijk. Eigenlijk zegt Filippus het verkeerd. Want de Heere Jezus is niet geboren in Nazareth, maar in Bethlehem. Maar Filippus' hart is veel te vol met blijdschap. Hij wil er niet over twisten. Als Nathanaël eerst maar bij Jezus is, dan zal hij het wel geloven. Daarom zegt Filippus: "Kom en zie!". En Nathanaël gaat met Filippus mee.

Zo komt hij bij de Heere Jezus. Als de Heere Nathanaël ziet komen zegt Hij: "Ziet, waarlijk een Israëliet in welke geen bedrog is. Dat is nu een Israëliet met een oprecht hart". Waarom zegt de Heere dat, kent Hij Nathanaël dan? "Vanwaar kent Hij mij?", vraagt Nathanaël verwonderd. Jezus antwoordt: "Voordat Filippus u riep, zag Ik u onder de vijgenboom". Nu is alle twijfel bij Nathanaël verdwenen. De Heere weet alles van hem af. Onder de vijgenboom ben je goed verborgen. Tóch weet de Heere hoe hij daar onder die boom heeft gebeden. Hoe hij verlangde naar een Verlosser voor al zijn schuld. Maar dan is Hij niet de zoon van Jozef, maar de Zoon van God! "Meester, U bent de Zoon van God, U bent de Koning van Israël!" Wat een vreugde voor Nathanaël. Hij heeft de Messias gevonden. "Ja", zegt de Heere Jezus, "omdat Ik gezegd heb dat Ik u onder de vijgenboom zag, daarom gelooft u nu. Maar u zult nog veel wonderlijker dingen gaan zien. Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, u zult de hemel open zien en de engelen Gods opklimmen en nederdalen op de Zoon des mensen". Deze vijf mannen hebben gezien hoe de Heere Jezus wonderen deed. Maar het allergrootste wonder is dat Hij de weg naar God weer open maakt. Nu de Zoon van God op aarde gekomen is en de straf op de zonden gaat dragen kunnen verloren zondaren genade ontvangen. Wat zijn deze discipelen blij dat zij de Zaligmaker mogen kennen en liefhebben. Zij volgden de Heere Jezus. Zou jij de Heere ook wel willen volgen? Andreas zei tegen Simon dat zij Hem gevonden hebben. Eerst zóchten ze Hem. Zoek jij de Heere al? Of denk je dat Hem niet nódig hebt? Die vijf mannen voelden dat ze een verlosser nodig hadden voor hun zonden. De Heere Jezus heeft Zelf gezegd: "Wie zoekt die vindt". Lees maar veel in Zijn Woord en luister er naar. In de kerk, maar óók op de club. En breng dan, net als Andreas en Filippus, ook anderen mee!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 augustus 1987

Mivo -12 | 20 Pagina's

De roeping van de eerste discipelen

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 augustus 1987

Mivo -12 | 20 Pagina's