Kinderen leren bidden

Baby en dreumes

In de eerste twee levensjaren wordt de basis gelegd van het besef dat God er is. Belangrijk is dat je kindje op jou als ouder kan vertrouwen. Dat je de behoeften van je kindje ziet en erop ingaat. Een warme en liefdevolle relatie met de ouders kan een kind helpen om een evenwichtig beeld van God te vormen. Als ouder mag je zo door je houding (en later je woorden) je kind leren dat het altijd bij God mag komen en Gods hulp in alles mag vragen. Een baby of dreumes snapt nog niets van de inhoud van een gebed, maar van jongsaf een kind vertrouwd maken met vaste gewoonten zoals bidden en zingen is heel goed. Bid daarom ook met je baby, bij voorkeur zingend. Probeer een vast patroon in het bidden aan te brengen, door bijvoorbeeld bij heel jonge baby’s een avondgebedje te zingen na de laatste voeding en een morgengebed na de eerste voeding. Jonge kinderen zijn heel gevoelig voor sfeer en zullen eerbied en ontzag voor God zeker opmerken tijdens het gebed.

Peuter

In de fantasie van peuters is alles mogelijk en fantasie en werkelijkheid lopen nogal eens door elkaar. Het beeld van God kan een 3-jarige al enigszins invullen. Dat kan een heel menselijk beeld van God zijn, aangevuld met de eigen fantasie. Je kunt Bijbelse beelden, die God over Zichzelf gebruikt, naar voren halen. Dat God alles kan en alles weet, dat Hij voor je zorgt, dat Hij verdriet heeft als je ongehoorzaam bent. Zo help je je kind een Bijbels beeld van God te ontwikkelen. Een peuter leert heel veel door na te doen wat hij bij anderen ziet. Dat merk je bijvoorbeeld in het fantasiespel. Ze imiteren vaak de ouders, je hoort jezelf soms terug. Voor het bidden geldt dat ook. Een eerbiedige houding, regelmaat in het gebedsleven, tijd nemen voor het bidden en dagelijks minimaal één vrij gebed in het gezin zijn daarom belangrijk. Betrek God bij je dagelijks leven. Laat zien dat je in alles God nodig hebt en benoem het als je je verwondert over wat Hij geeft. Als je kind korte zinnetjes kan zeggen, kun je samen met je kind beginnen met een aantal korte zinnen te bidden na het gezongen gebedje. Heel concreet en aansluitend bij de belevingswereld van je kind. Bij het naar bed brengen kan het goed zijn om een Bijbels peuterboekje te lezen en ook daar wat over te zeggen in het gebed. Je leert je kind zo dat Bijbel lezen en bidden bij elkaar horen.

Kleuter

Kleuters gaan denken over God: waar woont Hij, hoe ziet Hij eruit? Laat je kinderen deze vragen maar stellen, ook al weet je er niet altijd antwoord op. Laat je kind merken dat jij als ouder ook God niet begrijpt, Hij is veel groter en wijzer. En toch mag je geloven dat wat Hij zegt in Zijn Woord, de waarheid is.

In deze fase verandert nadoen via meedoen in zelf doen. Dat geldt voor veel gebieden en het kan ook van toepassing zijn op het gebed. Eerst alleen een zingend gebed nadoen, dan meedoen met een vrij gebed door bijvoorbeeld zinnen van jou aan te vullen en daarna zelf een kort gebed in eigen woorden bidden. Als je kleuter afwisselend zelf en samen met jou bidt, leert je kind hoe jij dingen verwoordt. Je kunt je kleuter vragen waar je voor kan bidden. De gebedshand (zie elders in dit nummer) kan houvast geven bij het zelf leren bidden.

Basisschoolkind

Tot tien jaar vinden kinderen het moeilijk om van een afstandje naar een verhaal te kijken (abstract denken) en vinden ze het lastig om te bedenken wat God met een Bijbelverhaal duidelijk wil maken. Ouders kunnen hun kind helpen door een Bijbelgedeelte uit te leggen en er gebedspunten uit te halen. Vanaf een jaar of tien kunnen kinderen beter abstract denken.

Ze leren zelf de kern uit een Bijbelgedeelte te halen en kunnen ook beter de toepassing naar hun eigen leven maken. Gemiddeld vanaf een jaar of acht kan je kind voor zichzelf gaan bidden; al is het goed om ook nog samen te bidden. Voor dagelijkse dingen bidden is vaak niet zo moeilijk, maar bij geestelijke zaken kunnen kinderen snel vervallen in het gebruik van dezelfde woorden, waardoor een bepaalde sleur kan ontstaan. Probeer een voorbeeld te geven door tijdens het samen bidden aan te sluiten bij het Bijbelgedeelte dat gelezen is. Zo kun je steeds in andere woorden vragen of God wil geven wat Hij in Zijn Woord belooft. Niet om, maar op het gebed.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen