JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Eén ding weet ik

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Eén ding weet ik

6 minuten leestijd

Bram kijkt naar een oude familiefoto in het trapgat voordat hij naar Stevens kamer gaat. Na een kort gesprek besluiten de broers samen op de tandem te gaan fietsen. Tijdens hun rit praten ze over van alles, waaronder Stevens belangstelling voor muziek en zijn reflecties over het bestaan. De broers vinden zo weer even een connectie, ondanks alle spanning thuis.

“Kijken Bram, nu al kijken. Je ziet, hij is gelijkwaardig. We gaan daar zo dadelijk rechtdoor. Er zijn geen obstakels aan de overkant, je kan gelijk rechtdoor. Kijk even naar links. Wel rustig naderen, door de hoge heg. Zijstraat, gelijkwaardig, binnenspiegel, gas los.” Bram kijkt op het klokje. Ze zullen zo onderhand wel weer aan pauze toe zijn. Deze tweede rijles gaat gemakkelijker dan de eerste. Of misschien niet gemakkelijker, maar hij voelt zich minder overweldigd. Meijer praat zachter, alsof hij het met zichzelf afgesproken heeft. Wel heeft hij vrij heftige aftershave op, nog steeds dezelfde als Steven heeft. “Even nacontrole doen, ja, voorsorteren tegen de kant hier. Ja, netjes. Doen we zo weer even pauze, Bram.”

Ze hebben al redelijk wat ongelijkwaardige kruispunten genomen. Het went. Een paar dingen zijn echt lastig. Maar als hij relaxed blijft, lukt het beter.

“Richting aangeven. Niet het fietspad blokkeren. Nooit een fietspad blokkeren. Ja, rij maar rustig door. Komt niks aan. Vervolg rustig je weg. Verderop naar links.”

Als Bram de bocht mooi ruim genomen heeft, zegt hij ineens: “Huh? Hoe krijgt u het voor elkaar. Dit is waar uw huis is.” “Klopt helemaal”, zegt Meijer met een glimlach. “Je snapt het al. Het blijft een van mijn favoriete pauzeplekjes. Zet de wagen maar netjes in het vak. Zie, dezelfde plek als vorige week is vrij.” Bram parkeert de Golf in het vak en klikt zijn gordel los. Als hij uitgestapt is, rekt hij zich uit en gaapt. Meijer laat zijn portier dichtvallen. “Heel normaal en herkenbaar, dat stukje vermoeidheid. Over een tijdje is het peanuts, een uurtje autorijden.” Bram volgt hem de weg over. Een duwtje tegen de poort geeft hen toegang tot de veranda in de achtertuin. Lekker rustig ineens, geen verkeer, geen mensen. Alleen een paar karpers die kalm door het water glijden.

“Ook een keer de latte macchiato proberen?” vraagt Meijer, met zijn vinger voor het knopje. “Eerst melkschuim, dan espresso. Dus een omgekeerde cappuccino, zeg maar.”

“Lekker”, zegt Bram. Hij betrapt zich erop dat hij terugdenkt aan het meisje dat hij hier de vorige keer zag. Nog even helder hoort hij haar kreetje: “Pap… oh sorry!” Net alsof het gisteren was. En weer ziet hij die zwarte vlecht opzij springen. Wat een onzin...

“Heb je eindelijk het stuur in handen, mag je nog niet bepalen waar je zelf heen wilt”, knipoogt Meijer. Hij leunt achterover met zijn glas tussen beide handen. Bram knikt, denkt even na en zegt: “Dat komt nog wel.”

“Hm…” zegt Meijer nadenkend. “Je lijkt me wel iemand die graag grip op de dingen heeft. Of heb ik het mis?”

Bram bestudeert het laagje melkschuim onderin zijn glas. Heeft hij graag grip op de dingen? Goeie vraag. Hij wil sowieso altijd duidelijk weten waar hij aan toe is. Als dát de vraag is, heeft Meijer gelijk. Hij kan niet tegen vaagheid.

“Ik wil meestal precies weten hoe of wat. Ook wat er van mij verwacht wordt. Dat is geloof ik wel zo. Is dat grip?”

De bruine ogen van Meijer krijgen een extra lichtje. Alsof hij enthousiast wordt van Brams antwoord. “Aha, inderdaad. Zoiets bedoelde ik. Je hebt behoefte aan een totaalplaatje. Aan volledige info. Duidelijkheid.” Bram knikt.

“Ik herken het”, gaat de instructeur verder. “Ik heb dat ook. Overigens is het milder geworden. Ik had het vroeger ontzettend sterk. Vage afspraken, vage doelen en vage mensen ergerden me mateloos.”

Bram voelt ineens zomaar ruimte om iets over Steven te zeggen. “Ik zou me geen raad weten als ik dat van mijn broer had. Gewoon geen idee welke stap je moet zetten.”

“Geen idee van de horizon, laat staan een stip erop”, vult Meijer zachtjes aan. Zijn gezicht toont medeleven en ernst. “Maar ja, hij is ook anders. Misschien juist daardoor. Hij kijkt heel erg wat wel kan. Hij weet ook niet echt beter. Ze kwamen erachter op het consultatiebureau. Ik was natuurlijk nog niet geboren. We praten er nooit over, maar ik denk dat het een schok was voor mijn ouders. Niemand in onze familie heeft een oogziekte of zoiets.”

“En een paar jaar later werd jij geboren?”

“Steven was toen ruim twee jaar. Mijn moeder zegt dat hij toen al gigantisch moeilijke en lange woorden kon nazeggen. En hij leerde binnen de kortste keren liedjes uit zijn hoofd, ook ingewikkelde. Enne…’ Hij wijst op zijn koffieglas. “Hij hoort bijvoorbeeld het schuim op de koffie knisperen. Hij hoort het als je je mond opendoet om iets te gaan zeggen. Dan moet je ook vooral gaan praten. En zeg nooit laat maar tegen hem.”

“Bijzonder en heftig. Heel heftig… zullen we weer?” zegt Meijer, en hij komt meteen overeind. Bram zet zijn glas neer en volgt zijn instructeur door de poort. Klik, zegt de ontgrendeling als hij op het knopje van de afstandsbediening drukt. Ze stappen in. Na een straatje of twee zit Bram er alweer helemaal in. En Meijer ook. “Kijk naar links. Wat je niet gezien hebt, kan je ook niet op reageren. Kijk alle straten in, zowel links, dan wel rechts.”

“Dat klopt niet helemaal, wat u zei. Zowel links, dan wel rechts.” “Ach ja”, geeft Meijer toe. “Let maar niet op mijn Nederlands.

Ik bak er niet veel van, taal is niet echt mijn goedste ding. Maar ik best mijn doe. Kijk rechtdoor, kijk over de struikjes heen. Binnen, voor, buiten, naast, richting…”

Bram volgt de instructies zonder verder commentaar. Het begint echt codetaal te lijken. Hij snapt dat het belangrijk is dat het handelen een automatisme wordt.

“Er liggen trouwens nieuwe banden op, dus we hebben grip. Geef maar lekker gas hier. Goed, zo dadelijk laat ik je even zelfstandig gaan. Het is de bedoeling dat je bij elke rotonde naar rechts gaat.”

In de verte ziet Bram verkeerslichten. Voor hem rijdt een geel busje van werkverkeer. “Dit is geen rotonde”, zegt hij. “Hier gaan we zo dadelijk nog rechtdoor. Zodanig remmen dat je de banden van die auto nog kunt zien als je stilstaat. Neem even de tijd om lekker rond te kijken. En wat zie je, alleen maar dat gele vlak. De afstand is goed hoor, maar ’t is een hele hoge bus. Op het moment dat hij rijdt, mag jij ook. Duurt wel lang. Toch?”

Bram knikt. Meijer mag wat hem betreft weer even een paar minuten zijn mond dichthouden. Het zal je vak maar zijn, rijinstructeur. Continu praten. Alles ondertitelen. En dan niet één keer, maar uren per dag.

“Wat doet u eigenlijk ’s ochtends?” vraagt Bram, terwijl hij de Golf laat optrekken.

“Ai… goeie vraag. Ik studeer, zal ik maar zeggen.”

“Oh ja, dat had ik geloof ik al eens gehoord. Wat studeert u?” Meijer klapt voorzichtig de zonneklep naar beneden. “Doe jij het ook maar Bram, die klep. Fel zonnetje. Tja, hoe zal ik nu uitleggen wat ik studeer. Als ik alleen de studie noem, dan heb je gelijk tien andere vragen.”

“Maakt niet uit”, zegt Bram.

“Nou, laten we er een keertje de tijd voor nemen. Je hoort nog”, zegt Meijer. Zijn lichtbruine ogen kijken hem van opzij even vriendelijk aan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 maart 2025

Daniel | 40 Pagina's

Eén ding weet ik

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 maart 2025

Daniel | 40 Pagina's