Leer nieuwe dingen

Aan welke Bijbeltekst/ welk Bijbelgedeelte moet jij denken bij het verhaal op de vorige bladzijde?

In welk Bijbelgedeelte gaat het over…? Kruis aan.

Bidden in de ochtend

Hebreeën 4: 15,16 (bek)

Psalmen 5: 3,4 (vr)

Filippenzen 4: 6 (al)

Niet krijgen waar je voor bidt

Romeinen 8: 26 (end)

Matthéüs 6: 5 (we)

Jacobus 4: 2,3 (ij)

Jezus bidt tot Zijn Vader

Filippenzen 4: 6 (te)

Matthéüs 26: 41, 42 (moe)

Matthéüs 5: 44 (mak)

Bidden voor je vijanden

Matthéüs 5: 44 (dig)

Hebreeën 4: 15,16 (en)

Matthéüs 6:7 (nd)

Schrijf de letters van je antwoorden achter elkaar. In welk psalmvers staat dit woord? Schrijf het vers op.

Uitkomst:

Lees Matthéüs 6:5-13.

Wat zijn ‘geveinsden’ (vers 5)? Zoek het op in de Bijbel met uitleg.

Hebben we nu ook nog een ‘binnenkamer’ (vers 6)? Heb jij die?

Praat er eens over met je vader/ moeder/broer/zus.

Waarom hoef je niet te wachten met bidden tot je dit ‘heel goed en mooi' kunt? (vers 7,8)

Lees het ‘Onze Vader’ (vers 9-13). Schrijf 3 woorden op die je nog niet helemaal begrijpt. Zoek uit wat het betekent.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen