Ondergaande zon
Augustus 1943
Een zachte wind waait door zijn haren. Hoog in de lucht klinkt nog het vrolijke gezang van een leeuwerik. Over de glooiende heuvels van South Downs valt langzaam de stilte van de avond. De schaduwen worden langer en de zon werpt een goudkleurige gloed over de groene weilanden. Eindelijk lijkt de hitte van deze dag een beetje te verdwijnen. Jack zit in het gras met zijn armen om zijn knieën geslagen naar de ondergaande zon te kijken. Zijn uniform plakt nog aan zijn lijf. Vandaag moesten ze tientallen rondjes rennen. Hun conditie moet wel op peil blijven in de tijd dat ze hier in Engeland ingekwartierd zijn. Over niet al te lange tijd zullen ze de opdracht krijgen om Het Kanaal over te steken. Dan zal hij samen met de andere jongens eindelijk de aanval openen op het Duitse leger. Hij kan bijna niet wachten. De oorlog duurt nu al veel te lang. Al drie jaar wil hij dolgraag iets doen aan al het onrecht waar de Duitsers in Europa voor zorgen. Toen de oorlog net een jaar duurde, vertrok zijn groep van de North Nova Scotia Highlanders uit Canada. Ze kwamen aan in Engeland. Maar het lijkt wel alsof de commandant geen haast heeft. Uren zit hij te vergaderen in het kantoor van de generaal. En hij en zijn kameraden vervelen zich gruwelijk op de legerbasis. Nu is het leger sinds deze maand weer op een nieuwe basis gestationeerd, in de heuvels van South Downs vlakbij West-Sussex. Maar de dagen zijn zo saai! Elke dag moeten ze een aantal rondjes rennen en ze moeten hun sportoefeningen doen, maar verder is het de hele dag wachten. Hij is blij dat hij vanavond eventjes van de basis af mocht om de omgeving te bekijken.
Een lichtblauwe flits trekt zijn aandacht. Meteen is zijn interesse gewekt. Vanuit zijn rechterooghoek ziet hij iets wapperen. Hij draait een klein beetje om het goed te kunnen bekijken. Met samengeknepen ogen speurt hij de heuvels af. Maar hij ziet het niet meer. Het lijkt achter de heuvels verdwenen te zijn. Hij springt overeind en onderzoekt nauwkeurig de omgeving. Met een vlugge beweging zet hij zijn legermuts weer recht op zijn hoofd. Ongemerkt verstrakken zijn spieren zich. Maar er is niets anders te zien dan eindeloos groen. De zon laat de lucht inmiddels al oranje kleuren.
Net als hij weer is gaan zitten, ziet hij opnieuw iets lichtblauws. Met ingehouden adem kijkt hij wat er de heuveltop opkomt. Hij slaakt een zucht van verlichting. Het is geen gevaar. Een lichtblauwe, wapperende jurk komt steeds dichterbij. De jonge vrouw loopt op blote voeten door het gras. Aan haar hand heeft ze een klein meisje met lange, blonde vlechten. Ze lijken hem niet in de gaten te hebben. Een vrolijke schaterlach bereikt zijn oren. De jonge vrouw bukt zich even om iets in het oor van de kleine meid te fluisteren. Het meisje lijkt eventjes verbaasd te kijken en laat dan weer een uitbundige lach horen. Ze trekt haar hand los en begint enthousiast de heuvel op te rennen. Zo snel als haar korte beentjes haar kunnen dragen, komt ze hogerop. Ze rent nietsvermoedend richting Jack. Hij kan haar blauwe ogen zien stralen. De vrouw komt lachend achter het meisje aangelopen. Haar donkerbruine lokken veren bij elke stap mee. Als het kleine meisje boven is gekomen, ziet ze ineens Jack zitten. Abrupt staat ze stil en ze kijkt verlegen naar zijn kleurige uniform. “Ben je boven gekomen, Sophie?”, roept de vrouw naar haar. Verlegen knikt ze, maar ze blijft onafgebroken staren naar Jack. De jonge vrouw bereikt ook de top van de heuvel. Ineens ziet ook zij de soldaat in het gras zitten en ze schrikt even. “O hallo, ik wist niet dat je hier zat. Kom Sophie, we gaan de heuvel weer af.” Maar Jack antwoordt snel: “Nee, kom gerust hier even zitten om uit te rusten”. En hij klopt op het gras naast hem. Ze aarzelt even, maar besluit dan toch om naast hem te komen zitten. Ze zet Sophie demonstratief tussen hen in. Jack merkt haar aarzeling wel. Hij merkt het wel vaker dat mensen in de omgeving hier argwanend kijken naar het leger. Ze zien er ook wat anders uit dan het gewone Britse leger. Ze hebben namelijk een scharlakenrode blouse aan en een rood met groene kniebroek. Ook hun pet is anders. Hij heeft namelijk een blauwe pet die meer lijkt op een muts. De rand van de pet is gemaakt van witte blokjes stof.
“Mooie avond, hè?”, begint hij voorzichtig het gesprek. Hij is wel geboeid door het tweetal. Hun wangen zijn rood van de inspanning en ze hijgen nog een beetje na van de klim naar boven. “Ja zeker, soldaat”, antwoordt de vrouw beleefd. En ze blijft strak voor zich uit kijken. “Kon jij wel zover lopen?”, vraagt hij aan het kleine meisje. Maar ze duwt haar knuistjes strak tegen haar mond aan. De meneer in die gekke kleding heeft ze nog nooit gezien. Hij waagt nog een poging. “Waar komen jullie vandaan?” De vrouw trekt even haar wenkbrauwen op en ze kijkt hem vluchtig aan. “O, uit een dorp hier in de buurt”, antwoordt ze snel en meteen staart ze weer naar de ondergaande zon die inmiddels roodroze kleurt. Dan staat ze op en veegt het gras van haar jurk af. “Kom Sophie, we moeten snel thuis zijn voordat het donker wordt.” Ze trekt het meisje omhoog en klopt haar rokje af. Zonder te groeten rent ze de heuvel af. Haar lange haren wapperen in de wind. Sophie holt zo hard mogelijk achter haar aan. Jack kijkt hen verbouwereerd na en volgt hen met zijn ogen totdat ze achter de volgende heuvel verdwijnen. Lange tijd blijft hij onbewogen kijken over de horizon. Als het inmiddels helemaal donker is geworden en boven zijn hoofd een glinsterende, heldere maan verschijnt, staat hij op om terug te lopen naar de legerbasis. Voor zijn ogen staat nog steeds het beeld van de jonge vrouw in haar lichtblauwe jurk. Haar hele verschijning heeft een onuitwisbare indruk op hem gemaakt. Hij ziet in gedachten haar goudbruine haren nog schitteren in de ondergaande zon.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 januari 2020
Daniel | 32 Pagina's