JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Vragen van het hart

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vragen van het hart

Gedachten naar aanleiding van een brief

13 minuten leestijd

Een meisje schreef mij een lange brief over haar persoonlijke harteworstelingen. Ze vermeldde alleen haar voornaam en vroeg of ik in Daniël' wilde reageren. Eerst zal ik de hoofdzaken van de brief kon weergeven.

Er is een tijd in haar leven gekomen dat ze de Heere nodig leerde krijgen, veel moest bidden, liefde tot Hem gevoelde. Haar zonden werden haar gaandeweg bekend gemaakt; hoewel ze er. vooral aanvankelijk, ook wel eens strijd mee had dat ze zo weinig zondegevoel had. In een tijd van zorgen in het natuurlijke leven mocht ze veel steun hebben aan Psalm 145:6 (berijmd).

Worstelend met de vraag ..Hoe weet je of je bekeerd bent? ", ontving ze op een nacht antwoord: .Een mens kan geen ding aannemen zo het hem uit de hemel niet gegeven zij" (Joh. 3:27). Er volgde een tijd waarin werd uitgezien naar de prediking en met grote aandacht werd deze beluisterd. Nu is alles anders geworden. De Heere is zo veraf. Ze probeerde te strijden lijden de zonde. maar.... Ze voelt zich zo ellendig en hopeloos. De Heere is zo ver. , , 't Is allemaal zo moeilijk". Soms bemoedigt het wanneer gelezen wordt: .Houdt aan in het gebed", of.. Wacht op de Heere". Maar nu is alles nog veel moeilijker geworden want ze heeft gelezen (Hebr. 4:4-6): Het is onmogelijk degenen die eens verlicht zijn geweest, .... en afvallig worden, wederom te vernieuwen tot bekering". Dat geeft haar zoveel strijd en onzekerheid, soms ook lusteloosheid. Nu is haar bange vraag: Zou dat voor mij gelden? " Ze zou met haar (jonge) leven geen raad weten wanneer het voor haar onmogelijk zou zijn. Soms bespringen de twijfels haar zo hevig. En toch: Ik kan niet zonder Hem leven". Maar „dat woordje 'onmogelijk' dreunt telkens weer door m'n hoofd". Maar er staat toch ook in Psalm 130:2 dat er altijd vergeving is. Dan is het weer: . Wat zou u etvan zeggen, dominee, als de verloren zoon na z'n thuiskomst weer de wereld in ging en weer berouw kreeg? ". Zo wordt ze geslingerd. „Ik weet wat de Heere doet, is goed en Hij is rechtvaardig. Maar het gaa toch allemaal om Zijn eer. En de Heere wordt er toch niet armer van? "

'k Zal proberen wat in tc gaan op de dingen die jij schrijft.

Het zijn enorm belangrijke dingen waarover het hier gaat. Het belangrijkste in het mensenleven is immers de persoonlijke verhouding tot God. Wanneer we over deze dingen schrijven, spreken of nadenken, mogen wc wel in het bijzonder vragen om het licht van Gods Heilige Geest. Want alleen die Geest kan ons leiden.

Begin uit God

Alle mensen zijn in Adam van God afgevallen en daarom leven wij allemaal van nature buiten God. Het is zo erg dat wc daar niet eens werkelijk last van hebben.

Daarom is er ccn wonder van goddelijke genade nodig in ons leven. Wij moeten wederom geboren worden.

Dat werkt de Heere door Zijn Woord en Geest. Wanneer de Hccre dat werkt, vindt Hij ons in onze vijandige doodstaat cn worden wij van geestelijk dood tot geestelijk leven opgewekt.

Als de Heere nu uit enkel genade dit wondere werk van de bekering gaat werken in iemands leven, wordt alles anders. „Hoe gaat het met een nieuw bekeerde? Die is zeer begerig naar het Woord van God: Als nieuwgeboren kinderen zijt zeer begerig naar de redelijke en onvervalste melk. Dan is het: hoe zoet is, Heere, Uw Woord mijn mond! Zo iemand wordt dikwijls op zijn knieën gebracht. O, het hartelijk bidden smaakt hem zo!

Hij voegt zich bij hen die de Hecrc vrezen; dat die hem de weg Gods bescheidenlijk uitleggen.

Zo iemand mistrouwt zichzelf veel. Psalm 139. en wel: of hij ook wel een goede bevatting heeft: of hij ook wel zal volharden; of hij wel zal worden aangenomen; of zijn werk ook uit God is." (Dit is een stukje uit een Brief die W. a Brakel schreef tot raadgeving en besturing aan Kinderen in Christus Jezus).

Hartelijk zoeken

Wanneer de Heere door Zijn Geest en liefde in een mens gaat werken, gaan wij met de zonde breken. Met alle zonden, ook met die tot welke wij van onszelf uit het meest geneigd zijn. Er komt een strijd tegen de zonde en een hartelijk belijden van de zonde. Als de liefde Gods in ons hart wordt uitgestort, wordt het zo dat we in Zijn wegen willen gaan wandelen.

Maar dan komt er ook ccn hartelijke begeerte om met God in Christus verzoend te zijn. met Hem in gemeenschap te leven. Hem te kennen en lief tc hebben. Dan gaan we leren dat we als vijanden met God verzoend moeten, maar ook kunnen worden alleen door het geloof in de Heere Jezus Christus.

Nu worden niet alle dingen op één dag geleerd. In genoemde brief waarschuwt Brakel: „Denk niet dat u terstond tot de hoogste trap van genade zult komen". Ook merkt hij op: „Denk niet dat u altijd op een en dezelfde wijze geleid zult worden".

Om bij de laatste opmerking aan te sluiten: Brakel schrijft in zijn Redelijke Godsdienst dat de manier van wedergeboorte zeer verscheiden is.

De leiding van de één kan anders zijn dan die van de ander. Ik ga daar nu verder aan voorbij.

Een andere tijd

Met betrekking tot wat jij schrijft, zou ik de opmerking van Brakel zo willen uitleggen: als de Heere in iemands leven komt. is het niet steeds hetzelfde. De ene tijd is heel anders dan de andere tijd. Er kan een tijd zijn dat de zoetheid en het zoeken overheersen. Er kan ook een tijd komen, dat het heel anders wordt. Dan lijkt het wel of de liefde verkilt of de smaak er wat uitgaat. We schrikken soms van onszelf, van onze zondige gedachten cn aard. We leren meer onszelf kennen als een zondig mens die God niet kan behagen. Soms worden we tot onze schande en schaamte gewaar hoe dor en dodig we zijn. Het is vaak Gods gewone leiding om in zo'n weg tc leren dat alles van onze kant vast loopt en dat het steeds onmogelijker wordt. Dan gaan we leren dat wij niet voor oplossingen kunnen zorgen, hoe we het ook proberen. Met verbeteringen van ons leven, gebeden, bijbellezen, enzovoort kunnen we proberen vrede te bewerken, maar de Heere laat ons vanuit Zijn wet weten dat Hij het volmaakte eist. En dat kunnen wij niet voortbrengen hoe we ook ijveren.

Een doodlopende weg

We komen er al meer achter dat we een zondig bestaan hebben en in feite niet anders kunnen dan onze schuld dagelijks groter maken. In zo'n weg wil de Heere ook leren dat we niet alleen zonden doen maar ook door en door zondig zijn. Zo leren we onszelf kennen als een zondaar uit wie geen goed voortkomt. Zulke ontdekkingen kunnen ons benauwen, omdat we denken dat het helemaal verkeerd gaat. In werkelijkheid zijn ze echter heilzaam, opdat we leren dat alleen de Heere ons helpen, ons behouden kan. Daar zullen we dan ook aanhoudend om vragen. Want er blijft niets anders over dan onze Rechter om genade te bidden.

De Heere gaat met ons dan een voor onze waarneming doodlopende weg in om (op

Zijn lijd) vanuit hei Woord door Zijn Geest ons te doen zien de weg der zaligheid die er bij Hem vandaan is. Opdat we door het geloof buiten onszelf zullen leren zien. Want de vastheid ligt buiten onszelf en niet in onze ervaringen. Wat worden we blij met deze Zaligmaker.

Ook mijn Zaligmaker?

Maar zou die Zaligmaker nu ook mijn Zaligmaker willen zijn? Dat wordt het gebed: ..Wilt U ook mij zaligmaken? ". Dat wordt de worsteling: ..Hoe wordt Hij de mijne? ".

Nu kan er een tijd komen dat wc proberen Hem te bewegen ons zalig te maken, maar dat het al donkerder wordt. De Heilige Geest gaal ons dan vanuit de Wet al dieper leren kennen onze geesteloosheid, onmacht, onwil, onze verioren staat. Tegelijkertijd gaan we steeds duidelijker zien wat er in die Zaligmaker te vinden is. Ons hart bidt: ..Verzoent U toch mijn zonde met Uw bloed en vernieuwt U mij toch door Uw Geest. Alleen dan kan ik rechtvaardig verschijnen voor God". Want om die gemeenschap met God. daar gaat het om.

Zo gaat de Heere Zelf plaats maken voor de Persoon en het werk van de Heere Jezus. Dan moet de Heere Zelf ons Hem leren kennen, want we komen er wel achter dat ..een mens geen ding kan aannemen, tenzij het hem uit de hemel gegeven zij". Dan gaan we leren dat we het niet waard zijn dat de Heere nog ooit naar ons omziet. We gaat Hem rccht en gerechtigheid toeschrijven en erkennen dat Hij straffen moet. Want God is rechtvaardig en kan daarvan niet zomaar iets afdoen. En toch. we kunnen Hem niet missen. Inderdaad: als een boeteling wordt gepleit.

Christuskennis

Aan zulk een schuldige, onwaardige zondaar, wil de Heere Zijn Zoon openbaren. Hij nodigt: ..Komt herwaarts tot Mij allen die vermoeid en belast zijt en Ik zal u rust geven". Tot Hem tc mogen komen door het geloof, dat is een wonder van ontferming. Daar wordt Zijn rust gesmaakt en Zijn vrede geproefd. Zijn rust te mogen smaken, daar kunnen we later nog wel eens naar terug verlangen, want dat is niet een keer maar steeds weer opnieuw nodig.

Zo ontvangen we niet alleen Godskennis en zelfkennis, maar ook Christuskennis. Dat is zo nodig want vastheid ligt er alleen maar in het geloof in Hem. En de kennis van Hem gaat alle verstand te boven. Hij is dc Schoonste aller mensenkinderen en vol van liefde zelfs over de grootste der zondaren. Bij Hem is de allerminste zelfs welkom. Vraag dan maar of je Hem mag leren kennen. Want Hem te kennen is het leven. Alleen door Hem is cr vrede met God en een kennen en hartelijk liefhebben van Hem. Die rijkdom cn schoonheid kan heel de wereld jc niet geven.

De Geest onmisbaar

Als dc Heere iemand gaat bearbeiden, leren we dat het allemaal niet zo gemakkelijk gaat. Dan komen we er wel achter dat we niet zomaar kunnen geloven en aannemen. Dan gaan we leren van strijd en worsteling, van gemis en zonde, van onmogelijkheid en onmacht. Opdat wc op Hem zullen leren hopen cn het van Hem zullen leren verwachten. Opdat we naar Zijn Woord zullen leren hongeren, om door dat Woord onderwezen te worden. Want dan komen wc cr achter dat we blind zijn in goddelijke zaken. Dan kunnen we het niet beredeneren en elke keer wel weer

oplossen. Nee. dan gaan we verlangen dat Hij Zelf eens tot ons zal spreken door Zijn Woord. We gaan leren dat we buiten Zijn Geest niet kunnen.

Veroordelende woorden

Er kan een tijd zijn dat we graag in de Bijbel lezen en naar de kerk gaan. Er is dan soms ook haast iedere keer wel iets dat ons aanspreekt of bemoedigt. Er kan ook een tijd komen dat de Bijbel en de preek ons eigenlijk steeds weer aanklaagt. Het lijkt dan wel of er alleen maar veroordelende dingen in de Bijbel staan. Zelfs kunnen bepaalde bijbelwoorden of - gedeelten ons zeer in verwarring brengen. Zo bijvoorbeeld dat gedeelte uit Hebreen 6. Dan moet je soms voortdurend denken: ..Dat zal wel voor mij gelden". Jc gedachten kunnen dan verder gaan: , .'t Wordt nooit wat: 't is allemaal maar inbeelding".

Er is er één die zulke gedachten graag aanwakkert en voedt. Dat is dc vorst der duisternis. Hoe meer je bij de Heere vandaan blijft, het gebed nalaat, de Bijbel minder leest, hoe liever hij het heeft.

Intussen moet jc ook eens de inhoud van deze verzen rustig lezen. Zou het waar zijn dat jij ..de hemelse gave gesmaakt hebt en dc krachten der toekomende eeuw"? Of zou satan sterk overdrijven? Heb jij al zoveel goeds ontvangen? ..Nu zal God jou nooit meer willen vergeven", zo maakt satan wijs. Hij overaccentueert graag, zowel in het één als in het ander. Opdat wij in wanhoop raken: opdat wij bij de Heere weg zullen blijven.

Ook is het waar dat we ons niet moeten vastzetten op een bepaalde tekst. We kunnen daardoor in grote verwarring komen. Dat is niet goed. Het gaat om de gehele van het Woord.

De middelen gebruiken

Dat is dus de weg niet. Wel is de weg: stort voor Hem uit je ganse hart. Maak al je noden Hem maar bekend. Blijf de middelen (gebed, bijbellezen, kerkgang, goed boek lezen) ijverig waarnemen. En vraag ootmoedig of de Heere de zaak wil oplossen. Zijn Woord is verlossend en Hij spreekt als Machthebbend. Lees de geschiedenis van de Kananese vrouw maar (Matth. 15). Blijf de Heere zoeken en het van Hem verwachten. Hij is nabij degenen die Hem aanroepen, die Hem aanroepen in der waarheid.

Is het bij mij wel echt?

Er kunnen algemene overtuigingen zijn van zondigheid of een algemene smaak en blijdschap over het Evangelie. Er kan een algemeen 'aannemen' van Jezus zijn. maar dan is het vaak zo gauw gevonden zonder hartelijke worstelingen en wezenlijke diepgang. (Wat ik daar precies mee bedoel, kun je bijvoorbeeld vinden in de zondagen 2, 3, 4 en 5 van onze Heidelbergse Catechismus. Lees deze maar. en vraag maar of de Heere jc in deze dingen wil onderwijzen). Dan is het ook maar voor een tijd.

Nu kan hel heel goed zijn dat je je dat juist afvraagt: is het bij mij wel echt. Waar gaat het je om: om de Heere of om er ook bij de horen? Waar is het je om te doen: moet jc van de zonde verlost worden of is het zo iets van dat je ook graag mee wilt tellen. Laat je gebed maar zijn: ..Doorgrond me en ken mijn hart. o Heere".

Maar één Adres

En als iemand nu zou moeten denken dat het maar wat eigen gedachten zijn? Dan is er toch maar Een Die ons helpen kan. Vraag dan naar Hem en Zijn sterkte en verlaat de zonde.

En als je er mee aangevallen wordt dat het slechts 'algemeen werk' is?

Lees eens wal Philpot schrijft (verkorl weergegeven): „Waar dc Heere geestelijk leven werkt, daar komen klachlen over zondelast en zondigheid.

Tevens wordt daar erkend dat Gods straffen terecht zouden zijn. Als over deze dingen gedacht wordt, zakt men al dieper weg. Anderzijds wordt temeer naar de Heere geroepen en 't van Hem verwacht. Het gevolg zal zijn dat de Heere door Zijn Geest Zijn Woord kracht laat doen in ons hart".

Zoek de Heere

Terecht schrijf je aan het eind van je brief dat jc wel weet dat ik jc ook niet helpen kan. Dat is inderdaad juist. Alleen de Heere kan je helpen en onderwijzen. Vraag dan maar naar de Heere en Zijn sterkte, want het moet geheel van Hem komen. Maar Hij zal nooit laten varen het werk Zijner handen. En Hij zegt het Zelf: die zoekt zal vinden.

Inderdaad: Hij wordt van geven niet minder. En Hij nodigt zo hartelijk: „Wendt u naar Mij toe en wordt behouden". Maar wie zijn wij? Totaal onwaardig dat Hij nog ooit aan zo een denkt.

Het zal een onzegbaar wonder werden wanneer Hij ons opzoekt. Dat wordl ingeleefd door het gemis heen. „Wie Hem nced'rig valt te voet zal van Hem Zijn wegen leren".

Capelle aan den IJssel

P.S.: ter lezing wil ik je graag aanbevelen: 'De droe/heid naar God', geschreven door ds. G. Wisse: 'Betrouwbare Gids naar de hemel. geschreven door J. Alleine.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 september 1993

Daniel | 32 Pagina's

Vragen van het hart

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 september 1993

Daniel | 32 Pagina's