JBGG cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van JBGG te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van JBGG.

Bekijk het origineel

Uit het dagboek van een student

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit het dagboek van een student

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Lukas Geizkofler, afkomstig uit Sterzing in Tirol, was in 1572 voor studie in Parijs. Hij hield een dagboek bij. Een familielid van hem heeft later van dit dagboek gebruik gemaakt bij het beschrijven van de Bloedbruiloft. We laten een paar gedeelten volgen.

"Allereerst heeft de hertog De Guise (wiens vader op bevel van de admiraal in de oorlog zou zijn doodgeschoten) met het merendeel van zijn moordzuchtige trawanten de admiraal in zijn logement aangevallen; daar bevonden zich toen vele aanzienlijke adellijke personen. De Franse soldaten, die de admiraal door de koning van Frankrijk onder de schijn van bescherming ter beschikking waren gesteld, boden geen weerstand aan de hertog De Guise, maar hielpen hem zelfs zijn gruwelijk plan uit te voeren. Maar de twaalf Zwitsers, die de koning van Navarre tot lijfwacht van de admiraal had aangesteld, hebben hem zo goed mogelijk beschermd, tot een gedeelte van hen tegelijk met de anderen was doodgestoken, en een ander gedeelte door de handlangere van De Guise was gevangen genomen. Daarop is de hertog De Guise met verscheidene van zijn moordzuchtige medeplichtigen, waarvan de meesten nog jonge knapen waren, naar de kamer van de admiraal gegaan en daar binnengedrongen; de admiraal vroeg hem met luide stem, hem, een oude man, het leven te sparen. Maar ze hadden geen medelijden; ze brachten hem vele steken toe en wierpen hem op bevel van de hertog De Guise door het raam op straat, waar hem nog meer steken werden toegebracht en het hoofd en de vingers werden afgehouwen. Zijn hoofd moet, volgens betrouwbare berichten, naar Rome zijn gestuurd; de vingers hebben een paar moordenaars op de belangrijkste pleinen van Parijs vertoond en enkele ervan voor geld verkocht; die zijn daarna naar andere plaatsen gebracht en aan het gemene volk voor hun genoegen vertoond. Het lichaam heeft men aan de voornaamste galg bij de voeten opgehangen - het is echter in de volgende nacht door enkele van hen die in het geheim zijn volgelingen waren naar beneden gehaald en weggebracht. En men is er niet achter kunnen komen wie dat hebben gedaan.

Nadat de admiraal zo jammerlijk was vermoord, zijn de moordzuchtige soldaten, gedreven door bloeddorst, naar de schoonzoon van de admiraal, graaf De Luynes, en naar de prins De Larochefoucauld en anderen van de voornaamste protestantse graven en heren getrokken en hebben hen in hun huizen en logementen overvallen en met vrouw en kinderen jammerlijk omgebracht. 

Terwijl deze gruwelijke dingen plaats vonden in het koninklijk paleis en in de wijk en de buurt daaromheen, is een deel van de moordenaarstroep aangevallen op de behuizingen en winkels van de leden van het parlement en de voornaamste raadsheren, die minder verdacht en rijk waren, en ook op de magazijnen van voorname kooplieden, die overigens goed papistisch waren, echter vanwege de buit; daar hebben ze vele voorname vrouwen en dochters, als ze niet dadelijk contant geld in handen kregen, zonder enig onderscheid van religie onteerd en tot hun uiterste vermogen afkoopsommen opgelegd. Daarop hebben ze hun tyrannieke moordlust ook tegen de universiteit gericht, hoewel die wel zeer speciaal hoort vrij te wezen; behalve andere voorname geleerden hebben ze Petrus Ramus aangevallen, die de moordenaarsbenden tot vier maal toe voor geld heeft afgekocht. Toen hij geen geld meer had, is hij in zijn kachel gekropen, hopend daar veilig en verborgen te zijn. Maar toen een nieuwe moordenaarsbende zijn collegium binnenkwam hebben ze zijn enige dienaar en dienstbode met geweld gedwongen hun alle hoeken in het collegium en het huis te tonen, tot ze hem tenslotte onder een kachel vonden en hem vanuit de bovenverdieping of de collegezaal (Collegium Braellaeum geheten) op straat aan het gemene grauw toewierpen. Daar is hij door straatjongens en verachtelijk uitvaagsel uitgekleed en naar de oever van de rivier Sequana (Seine) gesleept en met roeden en gesels tot bloedens toe geslagen. Vooral door een paar jongens, wie dit door hun ouders was bevolen met deze woorden: "Ga kijken hoe het jullie ketterse en misleidende leermeester is vergaan, die jullie met zijn leer zo vergiftigd heeft." Bij deze gelegenheid heeft iedereen zijn vijand laten ombrengen, onder de schijn dat hij een protestant was, ja de ene broeder de andere om de erfenis alleen te verkrijgen - en verscheidene papisten hebben uit gierigheid, jaloezie en vijandschap ook hun geloofsgenoten niet gespaard. Voortdurend verscheen de ene bende na de andere op de straten, vooral daar waar de schrijvers hadden gewoond, verscheidenen van hen hebben ze uit hun huizen vanuit de hoogste vertrekken in het vuur van de aangestoken protestantse boeken of wat ze daarvoor hielden geworpen; hun vrouwen en hun kinderen sleepten ze naar de genoemde rivier Sequana; ze staken ze dood en gooiden ze in het water, in zulke grote aantallen, dat de rivier rood zag van het bloed. En het is gezien, dat vele duizenden lijken, nog druipend door een sterke wind op de oever gedreven, door het gemene grauw en moordzuchtige kwajongens weer in de rivier werden geworpen, onder het motief dat deze vissen ook aan anderen moesten worden gestuurd, vooral naar Rouaan en zulk soort plaatsen, waar ook ketters woonden.

Kortom, het moorden en het gruwelijke razen en woeden namen op zondag de vierentwintigste augustus van middernacht tot de volgende dag zulke afmetingen aan, dat in vierentwintig uur meer dan tienduizend mensen, jong en oud, mannen en vrouwen, erbarmelijk omkwamen."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 september 1985

Mivo +16 | 24 Pagina's

Uit het dagboek van een student

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 september 1985

Mivo +16 | 24 Pagina's