Alle ziel zij de machten over haar gesteld, onderworpen

Opening

Ds. W.J. Karels te Hardinxveld-Giessendam bepaalt ons in zijn openingswoord bij de Rechabieten. We Jezen daarvan in Jeremia 35. De Rechabieten dronken geen wijn, bouwden geen huis, zaaiden geen zaad, plantten en bezaten geen wijngaard en woonden in tenten. Dat had hun (voor)vader Jonadab geboden. De Heere stelt ze in dit hoofdstuk ten voorbeeld aan het ongehoorzame en onboetvaardige Israël. Zijn er ook nu nog zulke Rechabieten, die uit liefde tot Gods Woord en wet naar 's Heeren geboden wensen te leven? Zulken leren zich kennen als ontrouwe wetsverbrekers, die met al hun doen en laten verloren gaan. Eén is er, Die nauwgezet Gods wet volbracht. Dat uw oog geopend mag zijn of worden voor die dierbare Christus, Die gehoorzaam is geweest tot in de dood des kruises. Hij is de enige grond tot onze zaligheid.

Op Urk opent ds. Van Dieren de regiodag en spreekt over gegeven macht en verloren macht. In Johannes 19: 11 zien we Pilatus, die macht meent te hebben, maar het is slechts verleende macht. Pilatus vertoont ons beeld: in het paradijs hebben wij kroon en troon verloren en zijn we ellendige, gebonden slaven van de satan geworden. Tegenover Pilatus staat Christus; ontluisterd, onttroond en ontkroond. En toch heeft Hij alle macht in hemel en op aarde. Christus verlost ellendige slaven van hun zonde en schuld en herstelt ze in de gemeenschap met God. Hebt u zich zo als machteloze leren kennen? Zijn de banden van zonden en dood gaan knellen? Hier is de Machtige, Die gebonden werd, opdat Hij zou vrijmaken en verlossen en ontbinden. Dat is de vertroosting voor de ganse Kerk!

De machten onderworpen

Romeinen 13: 1 is het uitgangspunt van de beide referaten, gehouden door ds. W.J. Karels te Hardinxveld-Giessendam en ds. C. van Krimpen op Urk: Alle ziel zij den machten over haar gesteld, onderworpen, want er is geen macht dan van God, en de machten die er zijn, die zijn van God geordineerd. De apostel Paulus schrijft deze Romeinenbrief aan Gods Kerk op aarde: Allen die te Rome zijt, geliefden Gods en geroepen heiligen. Het gaat in de tekst over gezag, dat door de Heere wordt gegeven aan gezagsdragers. Die gezagsdragers vinden we in het gezin, de school, de kerk en de maatschappij, ieder in de eigen omstandigheden. Gaat het hier alleen over gezagsdragers, die de aan hun verleende macht op de rechte wijze gebruiken? Nee, Paulus maakt geen uitzondering. Hij schrijft niet: "Alle ziel zij de machten onderworpen, behalve het Romeinse gezag en de wrede Nero!" Zeker is er ook weerstand tegen het gezag, zoals we lezen in vers 2. Maar die ze wederstaan, zullen over zichzelf een oordeel halen. We lezen daarvan ook in artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis: Voorts, een ieder (...) is schuldig zich den overheden te onderwerpen, schattingen te betalen, hun eer en eerbied toe te dragen, en hun gehoorzaam te zijn in alle dingen die niet strijden tegen Gods Woord.

Gode méér gehoorzaam

Wel heeft Gods wet gezag boven die van de heersende macht. De Heere vraagt geen blindelingse gehoorzaamheid. Denk maar aan de drie jongelingen, die niet gehoorzaamden aan het gebod van koning Nebukadnezar. Zij bogen niet voor het beeld, ondanks de vreselijke dood die zij voor ogen hadden, maar zij waren Gode méér gehoorzaam! Ook Daniël gehoorzaamde niet aan het gebod van koning Darius. Hij bad drie tijden des daags zijn gebed en kwam daardoor in de leeuwenkuil terecht. Zo laat God sommige gezagsdragers toe hun gekregen macht te misbruiken. Dan wordt de Kerk verdrukt. Toch zijn schadelijke machten altijd nog beter dan machteloosheid en bandeloosheid. De Heere heeft met dat harde juk of met die bandeloosheid wel een bedoeling.

Wat heeft God ons met onze paarse regering te zeggen? Schreien wij daaronder tot God? Zien we, dat wij niet anders verdiend hebben? Wij hebben God op het hoogst misdaan!

Sinds de zondeval is er gezag nodig. In Adam zijn wij allen opstandelingen tegen God geworden. Dat zullen we ook in moeten leven! Wat een wonder dat de Heere ons allen dan nog niet weggevaagd heeft. God heeft nog gezagsdragers gelaten en die zullen we onderworpen zijn. Ouders zijn gezagsdagers en zij moeten hun kinderen opvoeden. De overheid is gezagsdrager en moet dijken opwerpen om de ongebondenheid in te dammen.

De pijler van het gezag

De pijler van het gezag ligt echter allereerst in het gezin. Lodenstein zegt: Als God wijkt uit de gezinnen, wijkt hij ook uit de kerk en uit de staat! Het is niet voor niets, dat de duivel het dan ook op onze gezinnen voorzien heeft. Het gezin moet stuk, want juist daar begint het leren van gehoorzaamheid. Het vijfde gebod zegt: Eert uw vader en uw moeder. En in de Heidelbergse Catechismus lezen we: Dat ik mijn vader en mijn moeder, en allen die over mij gesteld zijn, alle eer, liefde en trouw bewijze. Maar als de ouders zelf elkaar geen eer, liefde en trouw bewijzen? Als ze altijd kritiek uitoefenen, zich niet onderwerpen aan het gezag, geen respect opbrengen voor leerkrachten, ambtsdragers, regeringspersonen? Wat heeft dat verwoestende gevolgen in gezin, school, kerk en maatschappij! Wie voelt dan niet de ontzaglijke schuld als ouders. Hoe zullen we onze kinderen opvoeden in de vreze des Heeren? Vlucht met deze schuld tot Christus, Die Zelf Zijn ouders onderdanig was en alle geboden volkomen volbracht heeft.

Maar zijn er dan geen grenzen aan de onderwerping? Zolang het niet tegen Gods Woord ingaat, zullen kinderen zich aan de goede leer en straf met behoorlijke gehoorzaamheid onderwerpen. De goede leer begint in het gezin. Wordt er nog wel op een goede manier gesproken over de Heere en Zijn dienst? Wordt er nog gezongen? In de opvoeding hebben kinderen ook straf nodig. Zij moeten voelen, dat de relatie verstoord is. Ook zullen zij met de zwakheden en gebreken van hun ouders geduld moeten hebben. Het vijfde gebod gaat verder: en allen die over ons gesteld zijn. Onderwerpt u zich aan het gezag van kerkenraad en overheid? Hebt u geduld met hun zwakheden en gebreken? Kent u dan de weg van het gebed en de weg om eenvoudig en waardig te spreken volgens Mattheüs 18? Aangezien het Gode belieft, ons door hun hand te regeren.

Verkiezingen

Dit jaar zullen er verkiezingen zijn. De schriftgebonden politiek van de SGP komt het meest overeen met de besturing van ons land naar Gods Woord. Daarin mogen wij wel onze verantwoordelijkheden kennen. Dan moeten we niet gaan rekenen. Wat moet zo'n klein aantal SGP-ers tegenover de vele anderen? Abraham telde tien rechtvaardigen in Sodom: dat was teveel. Elia dacht alleen overgebleven te zijn: er bleken er nog zevenduizend te zijn. Als nu Abraham en Elia zich vergisten in het aantal, dan kunnen wij ook beter maar niet rekenen. Nee, laten we eenvoudig onze plicht doen en onze stem uitbrengen, waar dat mogelijk is en waar we dat met onze consciëntie overeen kunnen komen.

Tenslotte: hoe moet onze gehoorzaamheid beginnen? Met gehoorzaamheid aan God. Dan gaan we leren, dat we enkel opstandelingen zijn en dat we alles verzondigd hebben. Dan blijft er enkel schuld over. Nóg zegt God tegen opstandelingen: Kust den Zoon, opdat Hij niet toorne, en gij op den weg vergaat, wanneer Zijn toorn maar een weinig zou ontbranden. De Zoon kussen, dat is volkomen gehoorzaamheid. Dat is ten diepste de kern van alles. Genade is het, als we door Gods Geest geleid mogen worden tot die grote Wetsvervuller, Christus. Dan komt er iets van wezenlijke onderwerping. Dat wordt geleerd als we als een verdoemde de toevlucht mogen nemen tot Christus door het geloof. Liggend aan Zijn voeten is alles goed. Dan zwijgt het opstandige hart. Dan is het: Heilig zijn, o God, Uw wegen, niemand spreek' Uw hoogheid tegen.

Vragenbeantwoording

In de middagpauze is er gelegenheid om met elkaar enkele stellingen over het gezag en de onderwerping daaraan te bespreken. Ook is er genoeg tijd voor het onderlinge contact. De middagvergadering wordt ruimschoots gevuld met het beantwoorden van de vele vragen, die schriftelijk gesteld zijn. Enkele van die vragen.

Hoe moeten we het verzet zien in de Tweede Wereldoorlog?

Paulus roept op om gehoorzaam te zijn aan het wettige gezag. In de Tweede Wereldoorlog was onze wettige regering in Londen. Velen onder ons hebben in die tijd de Duitse bezetting als een roede Gods tot straf gezien. Wie zo de tuchtigende hand des Heeren over ons land ziet, komt zelf in de schuld. Tegelijkertijd is het zo, dat men niet willoos behoeft mee te werken aan zo'n bezetting, maar wel zal men moeten buigen onder de slaande hand Gods. Daniël bukte onder de macht, die hem weggevoerd had uit Israël. Toen echter het gebed verboden werd, gehoorzaamde hij niet! We kunnen ook denken aan de vroedvrouwen Sifra en Pua, die in dienst waren van Farao, maar toen zij gedwongen werden Gods geboden te overtreden, weigerden ze.

Hoe moet het toch, als we als ouders zoveel schuld hebben, onze kinderen niet het goede voorbeeld hebben gegeven, niet genoeg hebben gesproken en onze kinderen de wereld ingaan?

Roep tot de Heere, want Hij is een goedertieren Ontfermer. Wulfert Floor zegt in een van zijn oefeningen: "Als u als ouders niet meer met uw kinderen over de Heere kunt praten, spreek dan met de Heere over uw kinderen". Ook al zijn uw kinderen afgeweken, geen ding is bij God onmogelijk. Hij schenke zulke schuldige ouders een zuchtend leven en verwaardige ze om te mogen zien op Zijn Verbond. Er staat in Psalm 72: Ook zal, eeuw in, eeuw uit, het nageslacht Zijn grootheid zingen!

Zo hebben we veel gehoord op deze beide regiodagen. Het was goed om bij elkaar te zijn, maar veel belangrijker is toch de zegen des Heeren over Zijn Woord, en dat voor een ieder van ons.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen