WAAROM STAAN JULLIE HIER NOG?
MATTHEUS 20 : 6
In Mattheus 20 lezen wij dat de eigenaar van de wijngaard voor de vierde maal naar de arbeidsbeurs geweest was. Ter elfder ure vond hij nog enkele mensen zonder werk. „Waarom staan jullie hier nog? " Het antwoord is logisch: „Niemand had ons nodig." Een verdrietige zaak, overbodig te zijn. Zij hingen maar wat rond.
De mens zonder werk verslapt, verschrompelt. De mens zonder werk demoraliseert. Werkloosheid is een oordeel. Het teistert de maatschappij. Zonder-werk-zijn maakt humeurig, prikkelbaar. Dit geldt voor het maatschappelijke, politieke-, maar niet minder voor het godsdienstige leven.
Als Adamskinderen staan we ledig op de markt. Wat doen we eigenlijk? Waar zijn we mee bezig? De hele dag staan. Nietsdoen is nutteloos zijn. Doelloos. Zinloos.
En dit zal zo blijven, tenzij wij door de Heere van de wijngaard worden geroepen. Dit is immers de algemene opinie? Of zijn we al geroepen?
O, wel legio keren. Denk eens aan je doop, toen je in moeders armen naar het doopvont werd gedragen. Wat heeft de dienaar daar namens zijn Zender over je gesproken? Ik wil de God van je leven zijn. „Van alle goed verzorgen". Kan het kwaad als je het doopsforumlier nog eens rustig er op na leest? Doe het. Dan zul je zien dat je al geroepen bent.
Maar wat heb jij met die oproep gedaan? Dien jij met je gedoopte voorhoofd de wereld? Zoek jij je vermaak in elektronisch geraas en pubergekrijs, waarvan vandaag de publieke media vol zijn? Dan heb je Zijn oproep nog niet verstaan.
Wat kan de Bijbel bedoelen met die wijngaard? Wel, onze bestemming. Wij worden geroepen tot de dienst des Heeren. Dominee, ouderling of diaken worden? Ook wel. Maar er is nog een breder begrip van die wijngaard. Ons hele maatschappelijke, godsdienstige en politieke leven wordt door die wijngaard omvat.
Men zet soms het maatschappelijk en. het geestelijk leven in aparte vakjes. Ver van elkaar. Maar wij worden zowel in maatschappij als in godsdienstig verband opgeroepen om te werken in de wijngaard.
In die oproep ligt de overwinning van de ledigheid. Er is zoveel te doen.
Maar wacht je voor eenzijdigheid. Sommigen sloven zich uit in de maatschappij en hebben geen tijd om aan hun eeuwige toekomst te denken. Sommigen verwaarlozen hun werk en menen geestelijk te zijn. Beiden zijn eenzijdig. Een ware arbeider in de wijngaard behartigt alle zaken — maatschappelijk en godsdienstig. „Gewillig en getrouw als-de engelen in de hemel" (lees zondag 49 H.C.). Voor de ware gelovigen is de wijngaard de dienst des Heeren. En deze dienst moet niet alleen een deel van ons leven omvatten, maar heel .ons leven. „Eten, drinken; hetzij dat gij iets anders doet, doet het al ter ere Gods" (1 Kor. 10 : 31).
Velen worden geroepen maar blijven staan. Blijven in de ledigheid. In hun verlorenheid... Anderen komen nog ter elfder ure. Wat een wonder! Zij worden nog voor vol aangezien ook. Zij worden gelijkgesteld met de ploeteraars van 's morgens vroeg. De uitbetaling berust op vrije gunst. Vrije genade. Ondanks het protest van de zwoegers. Is er nog plaats voor deze boodschap? De wereld van heden vindt het maar erg onrechtvaardig dat zij die één uur gewerkt hebben net zoveel loon ontvangen als zij die van vroeg tot laat geploeterd hebben. Dit past in geen enkele CAO (Collectieve Arbeids Overeenkomst). Past het eigenlijk wel in ons denken? Zijn wij al ingewonnen voor vrije genade?
Kunnen wij het er mee eens zijn dat de laatsten de eersten en de eersten de laatsten zijn? Geef eens antwoord voor jezelf.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 november 1980
Daniel | 28 Pagina's